Nederlands
(2) Betreffende de temperatuur van de oplaadbare batterij
De temperaturen voor herlaadbare batterijen worden
weergegeven in Tabel 2. Oververhitte batterijen moeten
een tijdje afkoelen voordat ze worden herladen.
(3) Tijd die benodigd is voor het opladen
De oplaadtijden in de onderstaande Tabel 3 zijn
afhankelijk van de kombinatie van acculader en batterij.
OPMERKING
De tijd voor het opladen verschilt afhankelijk van de
omgevingstemperatuur en het spanningsvoltage.
4. Trek de stekker van het oplaadapparaat uit het
stopkontakt
5. Houd het oplaadapparaat stevig vast en trek de
batterij er uit
OPMERKING
Verwijder de batterijen na het opladen uit de lader en
bewaar de batterijen vervolgens op de juiste manier.
Om langdurig gebruik van de batterij te bevorderen.
(1) Laad batterij op vóórdat ze volledig uitgeput zijn.
Merkt u dat de gevoede apparatuur minder krachtig
gaat werken, onderbreek dan het gebruik en laad de
batterij op. Als u apparatuur op batterijvoeding te
lang blijft gebruiken, kan dit leiden tot teruglopen
van de batterijwerking en eventueel zelfs
beschadiging ervan.
(2) Verricht het opladen niet bij hoge temperatuur.
Een oplaadbare batterij zal onmiddellijk na gebruik
gewoonlijk erg warm zijn. Als u een dergelijke batterij
onmiddellijk gaat opladen, zal de chemische balans
in het inwendige verstord worden en zal de
levensduur van de batterij afnemen. Laat de batterij
daarom even afkoelen, voor u met opladen begint.
LET OP
Wanneer de batterijlader onafgebroken wordt
gebruikt, zal deze warm worden, waardoor fouten
worden veroorzaakt. Nadat het laden is voltooid,
wacht u best 15 minuten tot de volgende lading.
Als de batterij wordt herladen wanneer ze warm is
door batterijgebruik of blootstelling aan zonlicht,
knippert het controlelampje.
De batterij wordt niet herladen. Laat in dat geval de
batterij afkoelen voor het laden.
Wanneer het controlelampje snel knippert (vijfmaal
per sekonde), neem de batterij dan uit het
oplaadapparaat en controleer de opening van de
laatste dan op de aanwezigheid van een voorwerp
dat er niet hoort. Is er geen voorwerp in de opening
aanwezig, dan is de storing waarschijnlijk te wijten
aan de oplaadbare batterij of het oplaadapparaat.
Laat deze dan controleren door een bevoegde
onderhoudsinstantie.
FUNCTIONELE BESCHRIJVING
1. Inschakelen (Afb. 7)
Het knipmes gaat bewegen door aan de schakelaar
van de hoofdhandgreep te trekken en tegelijk de
subhandgreep vast te houden.
2. Uitschakelen (Afb. 7)
Het knipmes stopt met bewegen door de schakelaar
van de hoofdhandgreep of de subhandgreep los te
laten.
55
3. Knipmeshouder (Afb. 8)
Wanneer het motor heggenschaarknipmes aan
hetgereedschap wordt bevestigd of verwijderd of
wanneer de schaar niet wordt gebruikt, het knipmes
in de knipmeshouder plaatsen om letsel te
voorkomen.
WAARSCHUWING
Let er op het gereedschap uit te zetten en de accu uit het
gereedschap te verwijderen alvorens de knipmeshouder
of de knipmesafdekking te bevestigen of te verwijderen.
LET OP
Wees voorzichtig bij het plaatsen van het knipmes in
de knipmeshouder om letsel te voorkomen.
VERVANGEN VAN HET KNIPMES
Het knipmes is een verbruiksonderdeel dat vervangen
moet worden door een nieuw knipmes wanneer dit zijn
scherpte verliest.
Volg voor het vervangen van het knipmes onderstaande
stappen.
Het gereedschap dat in de afbeelding wordt getoond is de
motor heggenschaar en deze wordt gebruikt in voorbeelden
om functies te verklaren.
Alvorens het knipmes te vervangen, de schakelaar aan
en uit zetten totdat de tanden in het bovenste knipmes
boven de openingen tussen de tanden in het onderste
knipmes komen te staan.
Let hierbij goed op het bewegende knipmes.
WAARSCHUWING
Let er op dat de hoofdschakelaar uit staat en verwijder de
accu uit het gereedschap om ongevallen te voorkomen.
LET OP
Alvorens het knipmes te vervangen, handschoenen
aandoen en de knipmeshouder of de knipmesafdekking
bevestigen om te voorkomen dat het knipmes in directe
aanraking komt met uw handen of gezicht.
1. Verwijder het knipmes
(1) Draai het gereedschap om, verwijder de vier schroeven
met behulp van een kruiskopschroevendraaier,
verwijder de onderste plaat en het knipmes (met
knipmeshouder). (Afb. 9)
(2) Verwijder de ring van het oude knipmes. (Verwijd
afsnijdsel of stof uit de binnenkant van de behuizing.)
(Afb. 10)
2. Gereed maken van een nieuw knipmes
(1) Een gat (ø5) voor de positionering bevindt zich in het
midden van het knipmes. Stel de delen af waaronder
de onder- en bovenbladen zodat de gaten in deze
onderdelen zijn uitgelijnd.(Afb. 11)
(2) Monteer de knipmesbehuizing aan het nieuwe
knipmes als de onderdelen zich in de juiste positie
bevinden.
(3) Plaats het ringetje dat in stap 1 is verwijderd tussen
de boven- en onderbladen. (Afb. 12)
3. Draai de kruknok met uw hand en verplaats deze
naar de afgebeelde positie. (Afb. 13)
(1) Stel de kruknok zo in dat de ronde schijf naast de
eenheid komt als in de afbeelding.
(2) Als de moeren (op vier posities) los zijn, drukt u ze in
de groef van de behuizing.
4. Monteer het nieuwe knipmes (Afb. 14)
(1) Lijn het middelste gat van de omgekeerde nieuwe
bladhouder uit met het ronde uitsteeksel in het midden
van de kruknok.