10 Storingen opheffen
Motor loopt niet
Controleer of:
– de Vario ingeschakeld is.
– de netspanning correct is en of de stekker op de juiste wijze in de wandcontactdoos
is gestoken.
– de interne accu geladen is (alleen AC / DC-versie bij werking op accu).
– de zekering aan de onderzijde van de Vario niet is doorgebrand. Zie hoofdstuk 11 voor
het vervangen van de zekering.
Vacuüm is onvoldoende
Controleer of:
– de vacuümregelaar correct is ingesteld.
– de slangen niet gescheurd of beschadigd zijn. Indien nodig vervangen.
– alle verbindingen stevig vastzitten.
– de overloopbescherming gedeactiveerd/open is. Is de overloopbescherming geactiveerd,
deactiveer deze dan als beschreven in 6.3a/2.2.
– opvangpot/deksel geen barsten, brokkelige delen, verkleuringen vertonen.
Indien nodig vervangen.
– het disposable systeem geen barsten, brokkelige delen, verkleuringen vertoont.
Indien nodig vervangen.
– het filter niet verstopt zit. Zie hoofdstuk 17 om te testen of het filter verstopt zit.
– de QuatroFlex defect is. Zie hoofdstuk 13 voor het vervangen van de QuatroFlex.
ledlampje brandt niet (alleen AC / DC-versie)
De accu is volledig geladen.
ledlampje brandt (alleen AC / DC-versie)
– De accu wordt opgeladen.
– De stekker van de pomp is in het stopcontact gestoken.
ledlampje knippert langzaam (alleen AC / DC-versie)
De accu is bijna leeg.
ledlampje knippert snel (alleen AC / DC-versie)
De accu is defect. Zie hoofdstuk 14 voor het vervangen van de defecte accu.
164 |
Storingen opheffen