Elektrotechnik Schabus GX-HS Instrucciones De Uso página 19

Bezetting van de aansluiting sensor
Neem de kleurtoewijzing van de sensorkabel in acht (zie afbeelding van de aansluiting on-
deraan).
Aansluitingsbezetting relais
Bij aansluiting van toebehoorapparaten op de potentiaalvrije relais dient men erop te letten
dat het schakelvermogen niet mag worden overschreden.
► Relaisstatus in de bewakingsmodus: Het relais in "aangetrokken" (sluitercontact ges-
loten/openercontact open)
► Relaisstatus in de alarmmodus: Het relais in "valt weg" (sluitercontact open/opener-
contact gesloten)
Instellingen geheugenfunctie
Voor de sensoringang kunnen twee verschillende uitgangsmeldingen geformuleerd wor-
den:
► Alarmmelding met geheugenfunctie (draadbrug op de klemmen 17-18): Het alarm
wordt zo lang gehandhaafd – resp. het relais blijft geschakeld - tot de melding door
een druk op de toets weer gewist wordt.
► Alarmmelding zonder geheugenfunctie (zonder draadbrug): Het alarm blijft bestaan
resp. het relais geschakeld tot het gedetecteerde gas opnieuw is vervluchtigd.
Aansluiting zoemer (naar keuze)
Aan de klemmen 14 en 15 kan naar keuze een zoemer worden aangesloten.Aansluitings-
waarde: 9–15 V/max. 50 mA
INGEBRUIKNEMING
Als de netspanning op het apparaat wordt aangezet, branden beide LED-lampen Sensor
en Power. De sensor van het bewakingssysteem heeft daarbij een opwarmingsfase van
max. vijf minuten nodig om te kunnen functioneren. Vervolgens brandt alleen de LED Power
groen en het GAS ALARM GX-HS is gebruiksklaar. Opgelet: Ook bij stroomuitval wordt de
opwarmingsfase opnieuw gestart.
OPGELET: Omwille van verschillende transportvoorwaarden (lange opslag/vochtigheid) kan
direct na de opwarmingsfase een alarm worden afgegeven (LED Sensor knippert rood).
Koppel het apparaat eventjes los van het elektriciteitsnet en start opnieuw de opwarmingsfa-
se. Dit proces moet eventueel drie keer worden herhaald.
WERKINGTEST
Na montage van de GAS ALARM GX-HS en de sensor moet een werkingscontrole verricht
worden. Voor de test van de werking van de sensor verwijzen wij naar de gebruiksaanwij-
zing van de sensor, die u gebruikt!
OPGELET: Pas wanneer er een verhoogde gasconcentratie gedurende langer dan 20 se-
conden door de sensor wordt vastgesteld, geeft het apparaat een alarm af en de LED Sen-
sor knippert dan rood. De LED Power licht niet meer groen op. Zodra het gas is vervluch-
tigd, wordt het apparaat in de bewakingsmodus geschakeld. Bij de geheugenfunctie drukt u
op de knop <RESET> en zo dooft u het alarm. Het apparaat wordt eveneens opnieuw in de
bewakingsmodus geschakeld.