Positionering/Basisinstelling
Steek de hoofdkabel van de subwoofer niet in het stopcontact totdat de installatieprocedure is voltooid.
De subwoofer dient op de meest geschikte locatie te worden geplaatst, bij voorkeur niet volledig in de hoek van een ruimte
aangezien dit overdadige basdreun kan veroorzaken. De optimale opstelling is naast een van de luidsprekers links- of rechtsvoor.
Eenmaal op de juiste plaats, is het van belang te controleren of de kabels lang genoeg zijn en niet gespannen zijn. De optimale
instellingen hangen volledig af van uw systeemconfiguratie, ruimtelijke omgeving en persoonlijke voorkeur. Gebruik voor een
eerste proef de volgende instellingen:
Volumeregeling
Cross-overinstelling
Voorinstelling
Faseschakelaar
EQ-voorinstelling
12v-schakelaar (optioneel)
Invoer
Verbind of verbreek de invoer/uitvoer hoofdtulpstekkers nooit terwijl de subwoofer aanstaat.
Instelling
Zodra de invoerkabels zijn aangesloten en de hierboven beschreven instellingen zijn uitgevoerd, kan de subwoofer aangesloten
worden op het stopcontact en aangezet worden via de hoofdstroomschakelaar.
Speel nu nog geen muziek of films af omdat de automatische instelling van de AV-versterker (indien gebruikt) dient te worden
uitgevoerd. Als de versterker een automatische instellingsprocedure heeft, is dit het moment om die uit te voeren. Indien er geen
automatische instelling of een stereoversterker die verbonden is met de linker- en rechteringang gebruikt wordt, dient de cross-
over in overeenstemming met de hoofdluidsprekers te worden ingesteld.
Controleer wanneer de automatische instelling voltooid is of de subwooferinstellingen op de AV-versterker correct zijn. Het niveau
dient niet meer/ minder dan +/- 3 dB te zijn. De cross-overfrequentie voor de LFE dient ongeveer 60-80 Hz te zijn en ruwweg
overeen te komen met de onderstaande tabel voor de overige luidsprekers. Pas de instellingen aan indien dit niet zo is.
Speel nu verschillende eerder beluisterde muziek-/filmfragmenten af en pas het niveau van de subwoofer naar wens aan, tot op het
punt waarop deze integreert met de rest van het systeem. Het volume van de versterker kan worden aangepast naar een gemiddeld
luisterniveau. Controleer alle instellingen nog één maal zodra is vastgesteld dat alles correct werkt.
OPMERKING: Mogelijk dienen de luidspreker-/subwooferinstellingen handmatig te worden ingesteld als deze niet naar
wens zijn of niet voldoen aan de aanbevelingen in de luidspreker-/subwooferhandleidingen.
76
Stel deze in op ongeveer 12 uur.
Stel deze in op de geschatte frequentie. Deze hangt af van de hoofdluidsprekers
bij gebruik van de L & R lijnniveau-inputs.
Stel deze in op nummer 1 (Flat).
Stel deze in op nul graden.
Stel deze in op '3' (Flat).
Sluit deze nog niet aan.
Nu kan de versterker verbonden worden voordat de subwoofer aangesloten wordt
op het stopcontact. Zie pagina 74.
Type hoofdluidspreker
Grondluidspreker
Grote, hoger geplaatste luidspreker
Kleine, hoger geplaatste luidspreker
Kleine satellietluidspreker
CUSTOM SUBWOOFER
Cross-overinstelling
50 - 70 Hz
50 - 80 Hz
60 - 90 Hz
80 - 120 Hz