Snijden van zacht- en harthout vooral dwars ten
opzichte van de vezelrichting:
HM-cirkelzaagblad Ø 160 x 1,8 x 20, 32 tanden
3.4
Zaagbladwissel
Vóór de zaagbladwissel in ieder
geval de accu uit de machine
nemen (zie gedeelte 4.3).
Geen zaagbladen aanbrengen die
scheuren vertonen of op andere
manier zijn beschadigd.
Alleen zaagbladen met een doors-
nede tussen 149 en 160 mm en een
boringsdoorsnede van 20 mm aan-
brengen.
Geen HSS-zaagbladen gebruiken.
Erop letten, dat het aangebrachte zaagblad goed is
geslepen, omdat dit de hoofdvoorwaarde voor fout-
loze zaagsneden is.
Gaat u bij de wissel van het zaagblad op de volgende
manier te werk:
• Voor het vastzetten van het zaagblad wordt eerst
de vergrendelbout 8 (afb. 3) gedrukt.
• De in een houder aan de machine voorhanden
zeskantschroevendraaier 5 (afb.3) wordt in de
flensschroef 18 (afb. 1) ingezet en zo lang
gedraaid tot de vergrendelbout geheel vastklikt.
Voor het losmaken van de flensschroef wordt de
sleutel tegen de wijzers van de klok ingedraaid
en de schroef alsook de voorste spanflens 12 ver-
wijderd. Het zaagblad kan nu na openen van de
beweeglijke beschermkap 13 door optillen naar
voren en wegtrekken naar beneden worden ver-
wijderd.
• Vóór het aanbrengen van het nieuw zaagblad
moeten beide spanflenzen op vastklevende delen
worden gecontroleerd en gereinigd. Bij het inzet-
ten van het zaagblad dient er rekening te worden
gehouden met de draairichting: de tanden van het
zaagblad moeten in dezelfde richting als de pijl op
de bovenste beschermkap wijzen. Vervolgens de
spanflens opsteken, flensschroef aanzetten en
door draaien in richting van de wijzers van de
klok aantrekken. Daarbij kan, zoals bij het losma-
ken, de arreteerbout passend worden gebruikt.
Vergrendelingsbout 8 (afb. 2) en
schakelaar 2 (afb. 3) kunnen alleen
afwisselend worden bediend.
3.5
Spouwmes
Vóór het instellen van het spouw-
mes steeds de netsteker uit het
stopcontact nemen.
Het spouwmes 15 (afb. 1) voorkomt het vastklem-
men van het zaagblad bij het langssnijden. Alle
zaagwerkzaamheden mogen uitsluitend met correct
ingebouwd spouwmes worden uitgevoerd. De juiste
afstand ten opzichte van het zaagblad is in (afb. 4)
weergegeven.
• Voor het verstellen worden de beide cilinderbou-
ten 16 (afb. 1) met de meegeleverde zeskant-
schroevendraaier 5 (afb. 3) losgemaakt, het spou-
wmes overeenkomstig door verschuiven in zijn
langsgleuf versteld en vervolgens worden de
beide cilinderbouten weer vastgetrokken.
4
Bedrijf
4.1
Eerste ingebruikname
Vóór de eerste ingebruikname van de machine dient
er in ieder geval rekening te worden gehouden met
de volgende instructies:
Deze gebruiksaanwijzing moet iedere persoon
die met de bediening van de machine is belast,
ter kennisname worden doorgegeven, waarbij
vooral attent dient te worden gemaakt op het
hoofdstuk "Veiligheidsinstructies".
Er moet worden gecontroleerd, of alle veiligheids-
voorzieningen aangebracht en goed functionerend
zijn. Dit geldt vooral voor het spouwmes en de lichte
beweegbarheid van de beweeglijke beschermkap.
Waarborgt u, dat het zaagblad correct is bevestigd.
4.2
Accu inzetten
Geladen accu in de accugeleiding onder de hand-
grendel schuiven tot deze voelbaar vastklikt.
Overtuigt u zich vóór gebruik van de
zekere zitting van de accu in de
machine.
-55-