6.3 Plaatsing van de afzuigkap
De afzuigarm en de afzuigkap zijn zo ontworpen dat deze vlot met één hand
ingesteld en aangepast kunnen worden. Daarbij behoudt de afzuigkap, eenmaal
ingesteld, haar positie zelfdragend. Verder is zowel de afzuigkap als de afzuigarm
360° draaibaar, zodat bijna elke positie ingenomen kan worden. Voor een adequate
opvang van de lasrook is het belangrijk dat de afzuigkap altijd correct gepositioneerd
is. De juiste positionering kunt u zien op onderstaand beeld.
• Plaats de afzuigarm zo dat de afzuigkap zich schuin boven de lasplaats
bevindt.
• De afzuigkap moet zo geplaatst worden dat deze de lasrook veilig opvangt,
rekening houdend met de thermisch veroorzaakte lasrookbeweging en de
afzuigreikwijdte.
• Plaats de afzuigkap steeds boven de desbetreffende lasplaats.
WAARSCHUWING
Een verkeerd geplaatste afzuigkap die leidt tot te lage zuigkracht, volstaat
niet om de opvang van de gevaarlijke stof bevattende lucht door de
afzuigkap te garanderen. Gevaarlijke stoffen kunnen aldus ingeademd
worden door de gebruiker en dit kan leiden tot gezondheidsklachten!
6.4 Inbedrijfsstelling
• Zet het apparaat aan met de met „0" en „I" gemarkeerde hoofdschakelaar.
• De ventilator treedt in werking en het groene controlelampje geeft een goede
werking van het apparaat aan.
• Las alleen wanneer het controlelampje brandt.
• Volg met de afzuigkap steeds het vorderende werkproces.
Art.-Nr.: 150 2220
Onder voorbehoud van technische wijzigingen en fouten.
KEMPER SmartMaster Gebruiksaanwijzing - NL
Afbeelding 4, plaatsing van de afzuigkap
- 110 -
Rev.:
7
Stand: 02/2015