VOORZICHTIG
Plaats uw vingers, kledij niet tussen het verstelmechanisme.
Bij model V300 30° is het mogelijk om de rug, met een maximale inclinatie van 30° (4
verschillende posities: stappen van 10°), naar achteren te kantelen. Zorg ervoor dat de patiënt in
de rolstoel zit wanneer de begeleider de ruginclinatie verstelt, en dat de rolstoel niet achterover
kantelt.
Als de rolstoel trommelremmen heeft; dan worden de hendels
als remmen gebruikt.
3.6
De duwstang plaatsen of verwijderen (V300 30°)
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat de knoppen Ⓐ terug goed zijn vastgemaakt.
Als de rolstoel over een duwstang beschikt, dient deze altijd gemonteerd te zijn ter verhoging
van de stabiliteit.
Om de duwstang te monteren:
1. Monteer de duwstang Ⓑ in de linkse handgreep met behulp van de sterknop Ⓐ .
2. Draai de duwstang Ⓑ naar de rechterkant.
3. Monteer de haak Ⓒ over de rechte handgreep Ⓓ zoals aangegeven in de figuur. Gebruik
de boringen of om de spanning van de rug in te stellen.
Gevaar voor letsel
1. Trek de hendel aan beide kanten naar de handgreep
om de rughoek te verstellen.
2. De pen Ⓐ komt uit de groef van de plaat met uitstulpingen
Ⓑ.
3. Trek beide rugbuizen geleidelijk aan naar achteren tot de
gewenste positie (4 verschillende posities: 5° - 15° - 25° -
35°).
4. Laat de hendels los. Controleer dat de pen Ⓐ terug goed is
gepositioneerd in de groef van de plaat Ⓑ.
Gevaar voor letsel
11
V300, V300D, V300 30°
2020-10
Uw rolstoel gebruiken
NL