Veilige aansluiting
Sluit het apparaat aan zoals in deze handleiding beschreven. Neem de
technische gegevens op het typeplaatje en in deze handleiding in acht.
Sluit de aansluitkabels van het apparaat alleen aan op de daarvoor
bedoelde, vakkundig geïnstalleerde en vrij toegankelijke contactdozen.
Laat alle kabels binnen het gebouw door een elektromonteur leggen.
Neem bij het omgaan met netspanning en met op het net aangesloten
apparaten de geldende voorschriften in acht.
Voorwaarden voor de gebruikslocatie
Gebruik het apparaat alleen in gesloten, droge ruimtes.
Dek het apparaat niet af.
Gebruiksbeperking
Neem een beschadigd apparaat nooit in gebruik. Als u een aangesloten
apparaat dat beschadigd is, wilt vervangen, schakel dan eerst de
zekering van de stroomvoorziening uit en raak het apparaat daarna pas
aan. Lever een beschadigd apparaat in op een daarvoor bestemd
inzamelpunt.
Raak het apparaat niet aan als het onweert.
De netvoeding is alleen geschikt voor apparaten waarvoor hij bedoeld
is. Gebruik de netvoeding nooit voor andere apparaten. De netvoeding
zou deze apparaten kunnen beschadigen of brand veroorzaken.