weergegeven. Om de waarden te berekenen wordt
enkel het aantal toeren gebruikt. De monitor van
dit apparaat berekent het energieverbruik op basis
van gemiddelde waarden. Aangezien het vermogen
om energie te verbruiken (zog. rendement) evenwel
voor elkeen verschillend is, kan het aangegeven
energieverbruik noodzakelijk slechts een
benadering zijn van het daadwerkelijke verbruik
en kan dit niet voor therapeutische doeleinden
gebruikt worden. Het energieverbruik tijdens de
training wordt weergegeven in kcal kilocalorieën).
Voor de omrekening in Joule gebruikt u best deze
formule: 1 kcal = 4,187 kJ.
8. Doelhartslagzones
Dit scherm toont de hartslag, en dient om
bij vooraf instelling de leeftijd (Age) in te
stellen. Noodzakelijk voor toepassing van de
doelhartslagzone training. Tijdens een trainingmet
hartslagmeting toont de monitor, rekening
houdend met uw leeftijd uw doelhartslagzone. Dit
kan zijn 55%, 75%, 90% of de target (maximale)
hartslag. Bij de start van de training knippert het
hart en wordt hartslag getoond. Naast de hartslag
wordt ook de hartslagzone getoond waarop u
traint.
Voorbeeld: Wanneer u wilt trainen op een hartslag
van 75% van uw maximum, maar momenteel
is uw hartslag hoger of lager, dan dient u uw
inspanning respectievelijk te verlagen of te
verhogen zodat de hartslag dan ook lager of hoger
wordt. Dit kan worden bereikt door de snelheid of
de remwaarde aan te passen. Om de remwaarde te
verstellen gebruikt u de "+/-"toetsen.
Bemerking: Het zal minstens 10 seconden duren
voordat de monitor een hartslagwaarde kan
weergeven
9. Intensiteit (Level )
De trainingsintensiteit wordt tijdens de training op
het "beeldscherm B" als balkdiagram (niveaus 1-8)
weergegeven.
10. Programma 's
De monitor bevat:
"M" een manueel programma (8 niveaus/Levels)
"P" programma met profielen in niveaus (10
verschillende profielen)
Invoer gegevens
Wanneer u nu bijv. tijdstip of datum niet wenst te
veranderen, gebruikt u de toets "ENTER" zo vaak,
totdat de trainingstijd 00:00 op het beeldscherm
"A" verschijnt.
34
Op het beeldscherm "B" verschijnt tegelijkertijd
een "M" voor het manuele programma.
Met de toets "+" kunt u overgaan op de
programmakeuze, "P" = profielprogramma.
A. Training met het manuele programa "M"
Gebruik de toets "SELECT".
Beeldscherm "B" geeft dan de intensiteit weer
als een vlak balkdiagram en als cijfer (1-8).
Afwisselend wordt dan het toerental en de
intensiteit (1-8) getoond.
Zonder invoer van trainingsgegevens, bijv. Tijd
/ afstand, kunt u nu met de training beginnen.
Kies de intensiteitniveaus met de toetsen "+/-".
Voor de training in het "manuele programma"
met voorafgaande instelling van de gegevens kiest
u het percentage met de toets "ENTER". Stel de
waarde in met de toets "SET". De verstelling van
de waarden gebeurt steeds optellend.
Gebruik de toets "ENTER" zo vaak, totdat de
tijdweergave opnieuw geselecteerd is. Begin dan
met de training.
B. Training me t profielprogramma "P"
Druk na de overgang van "M" naar "P" op de toets
"SELECT". Selecteer met de toetsen
"+/-" het programma 1 - 10. Bevestig met de toets
"SELECT". Het niveauprofiel wordt
weergegeven op het beeldscherm "B". Nu is het
mogelijk om met de toetsen "+/-"de
basisintensiteit (Level) te verhogen. Ga, indien
gewenst, met de toets "ENTER" over naar de
invoer van de trainingswaarden. Zonder invoer van
waarden kunt u meteen met de training beginnen.
Instelling van tijds tip en datum
Na verbinding met het stopcontact of door met
de padelen te trappen en de toets "ENTER" in te
drukken, wordt de invoer mogelijk gemaakt.
Het jaartal knippert.
Stel met de toets "SET" het jaartal in.
Druk op de toets "ENTER" om te bevestigen.
Het cijfer van de maand "M" knippert.
Stel met de toets "SET" de maand in.
Druk op de toets "ENTER".