13. Laat het apparaat ca. 18 tot 25 minuten lang bakken. Het groene controlelampje dat zich nu
aan de onderkant bevindt, gaat uit en afwisselend weer aan, zolang het apparaat de baktempe-
ratuur aanhoudt.
14. Als er een beetje deeg uit het apparaat loopt, kunt u het met een vochtige doek afvegen. Omdat
het apparaat tijdens het bakken heel heet wordt, moet u hierbij absoluut hittebestendige oven-
wanten dragen om verbrandingen te voorkomen.
15. Aan het einde van de baktijd klapt u de greep weer uit en draait u de bakvorm 180° tegen de klok
in terug naar zijn uitgangspositie, zodat de controlelampjes naar boven wijzen.
16. Open het apparaat en controleer of het gebak gaar is. Tip: gebruik hiervoor een dunne houten
spies (zoals bijv. een shaslick spies) en steek deze in het gebak. Trek de spies weer eruit. Als er
aan de spies nog deegresten kleven, is het gebak nog niet gaar. Sluit het apparaat weer, draai
het nog eens om en laat het gebak nog een tijdje bakken. Als er geen deegresten meer te zien
zijn, is het gebak gaar.
17. Laat het gebak eventueel nog een paar minuten in de bakvorm afkoelen.
18. Houd de draagplaat aan de beide grepen vast en neem zo het gebak uit
de bakvorm.
19. Laat het gebak op een keukenrooster afkoelen.
20. Als u nog meer gebak wilt bereiden, reinigt u de draagplaat, zet de
gedroogde en geoliede draagplaat weer in het apparaat en gaat u vervol-
gens te werk zoals hierboven beschreven.
21. Als u klaar bent met het bereiden van gebak, trekt u de stekker uit het stopcontact. Daarna is
het apparaat pas uitgeschakeld.
22. Laat het apparaat volledig afkoelen, voordat u het reinigt.
Attentie: Tijdens en ook lange tijd na het gebruik is het apparaat heel heet! Houd vooral kin-
deren uit de buurt van het apparaat – verbrandingsgevaar!
REINIGING EN ONDERHOUD
Voordat u het apparaat gaat reinigen, schakelt u het uit door de stekker uit het
stopcontact te trekken.
Laat het apparaat afkoelen, voordat u het reinigt.
Probeer nooit om de bakvorm uit de ophanging te trekken. Het apparaat kan hierbij beschadigd wor-
den. Het apparaat mag voor een reiniging niet uit elkaar gehaald worden!
1. Het apparaat mag niet in water of in een andere vloeistof gedompeld worden.
2. Veeg de bakoppervlakken met een vochtige doek af of gebruik een zachte borstel om de
uitsparingen te reinigen.
42
Copyright UNOLD AG | www.unold.de