NL
Met het brede zuigmondstuk kan blad van
grote oppervlakken worden opgezogen.
Voor een betere geleiding van de buis op
de grond dienen de geleiderollen aan het
onderste uiteinde van de buis.
Ter bescherming van de bediener werkt
het apparaat uitsluitend als de tweedelige
blaas-/zuigbuis volledig is gemonteerd. Het
apparaat is randgeaard en hoeft daarom
niet afzonderlijk te worden geaard.
In de onderstaande omschrijvingen staat
de functie van de bedieningsonderdelen
omschreven.
Technische gegevens
Bladblazer .................... ELS 3017 E
Nominale ingangsspanning
.............................. 230 - 240 V~, 50 Hz
Krachtontneming ........................ 3000 W
Toeren bij niet-belasting (n
................................ 8000 - 14000 min
Veiligheidsklasse ..............................
Beschermingsklasse ...........................IPX0
Luchtcapaciteit ................ max. 17 m
Luchtsnelheid ................... max. 300 km/h
Inhoud van de opvangzak ................. 45 l
Gewicht (incl. accessoires) ........... 5,14 kg
Geluidsdrukniveau
(L
) ................. 93,8 dB(A); K
PA
Geluidssterkte (L
WA
gemeten .......... 101 dB(A); K
gegarandeerd ...................... 102 dB(A)
Vibratie (a
)
h
aan de handgreep ............... 2,928 m/s
aan de extra handgreep ........... 3,1 m/s
....................................... K = 1,5 m/s
Geluid en trilling: Geluids- en trilwaarden
worden in overeenstemming met de in de
conformiteitverklaring vermelde normen en
bepalingen vastgesteld. De operationele
toestanden tijdens de meting en de voor
de meting toegepaste methoden conform
EN 15503, annex A, annex B.
78
)
0
= 3,0 dB
PA
)
= 3,0 dB
WA
Technische en optische wijzigingen kun-
nen in het kader van de verdere ontwik-
keling zonder aankondiging doorgevoerd
worden. Alle in deze gebruiksaanwijzing
vermelde afmetingen, aanwijzingen en
gegevens zijn daarom niet bindend. Wet-
tige aanspraken, die op basis van deze
gebruiksaanwijzing gemaakt worden, kan
men daarom niet doen gelden.
Dit apparaat is voor de werking aan een
stroomnet met een systeemimpedantie
Zmax op het overdrachtpunt (huisaanslui-
ting) van maximaal 0,28 ohm voorzien.
De gebruiker dient ervoor te zorgen dat
het apparaat uitsluitend bediend wordt aan
een stroomnet, dat aan deze eis voldoet.
Zo nodig, kan de systeemimpedantie bij
het lokale energiebedrijf opgevraagd wor-
den.
Veiligheidsinstructies
-1
II
Deze paragraaf behandelt de essentiële
/min
veiligheidsvoorschriften bij het werk met het
3
apparaat.
Symbolen in de handleiding
Gevaarsymbolen (in plaats
van het uitroepingsteken is
het gevaar toegelicht) met
gegevens ter preventie van
lichamelijke letsels en materi-
ele schade.
2
2
Gebodsteken (in plaats van het
2
uitroepingsteken is het gebod toe-
gelicht) met gegevens ter preventie
van beschadigingen.
Aanwijzingsteken met informatie
voor een betere omgang met het
apparaat.