5.4.2
Flenspomp monteren
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-Stratos MAXO/-D/-Z
Installatie
Fig. 12: Pomp monteren
3. Pomp met meegeleverde vlakke afdichtingen plaatsen. Op de stroomrichting letten!
Het stroomrichtingssymbool op het pomphuis moet in de stroomrichting wijzen.
4. Pomp met de wartelmoeren vastschroeven. Daarbij uitsluitend met een filtertang aan
het pomphuis tegenhouden.
Fig. 13: Afsluitarmatuur openen
5. Afsluitarmaturen voor en achter de pomp openen.
6. Op dichtheid controleren.
WAARSCHUWING
Heet oppervlak
De leidingen kunnen heet zijn. Er bestaat gevaar voor letsel door verbrandingen.
▪ Veiligheidshandschoenen dragen.
WAARSCHUWING
Verwondings- en verbrandingsgevaar door ondeskundige installatie!
Bij niet-vakkundige installatie kan de flensverbinding beschadigd raken en gaan lek-
ken.
▪ Verbind nooit twee combiflenzen met elkaar!
▪ Pompen met combiflens zijn niet voor een werkdruk PN16 toegestaan!
▪ Het gebruik van borgingselementen (bijv. veerringen) kan lekkage van de flensverbin-
ding veroorzaken. Deze zijn daarom niet toegestaan. Tussen de bouten-/moerkop en de
combi-flens bijgevoegde onderlegschijven (leveringsomvang) gebruiken!
▪ De toegestane aandraaimomenten conform de volgende tabel mogen ook bij gebruik
van bouten met hogere sterkte (≥ 4.6) niet worden overschreden, omdat anders af-
splinteringen in het randgebied van de sleuven kunnen optreden. Daardoor verliezen de
nl
349