NEDERLANDS
NL
de veiligheidsvoorzieningen of licht beschadigde
onderdelen naar behoren en conform de
bepalingen functioneren. Controleer of de bewe-
gende onderdelen correct functioneren en niet
klemmen, en of onderdelen beschadigd zijn. Alle
onderdelen dienen juist gemonteerd te zijn en te
voldoen aan alle voorwaarden om een goede
werking van de machine te garanderen. Bescha-
digde veiligheidsvoorzieningen en onderdelen
dienen volgens voorschrift in een erkende en
gespecialiseerde werkplaats gerepareerd of
vervangen te worden.
6.1
Accupack
Het accupack (18) voor gebruik opladen.
Laad het accupack bij vermogensverlies weer op.
De optimale opslagtemperatuur ligt tussen 10°C
en 30°C.
Li-ion-accupacks Li-Power (25,2 V) hebben een
capaciteits- en signaalindicatie (21):
- Druk op de toets (20) en het niveau wordt door
de LED-verlichting aangegeven.
- Wanneer een LED-lampje knippert, is het accu-
pack bijna leeg en moet het weer opgeladen
worden.
- Wanneer alle LED-lampjes knipperen, is het
accupack te warm. Laat het accupack afkoelen.
Dit kan in het oplaadapparaat ASS 15 Plus snel
gebeuren.
6.2
Accupack uitnemen, inbrengen
Uitnemen:
Beide toetsen voor de ontgrendeling van het
accupack (19) indrukken en het accupack (18)
uitnemen.
Inbrengen:
Accupack (18) erop schuiven tot het inklikt.
7 Gebruik
7.1
Borgriem aanbrengen
Voor het boren op schuine en verticale
vlakken en bovenhoofds dient de magneet-
boorstandaard zo met de meegeleverde borgriem
(28) beveiligd te worden, dat hij ook bij een onder-
breking van de magneetwerking niet naar beneden
kan vallen
Breng de borgriem (28) zo aan dat de
magneetboorstandaard van de gebruiker af
beweegt wanneer de magneetwerking wegvalt.
28
De borgriem (28) vervangen wanneer hij een
neervallende magneetboorstandaard heeft
moeten opvangen.
Let op! Controleer de borgriem (28) op
beschadiging. Controleer de borgriem (28)
voor gebruik altijd zorgvuldig op een juiste werking
conform de bepalingen. Wanneer de borgriem (28)
beschadigd is of de ratel (27) niet meer naar
behoren functioneert, de borgriem direct
vervangen.
- De borgriem (28) aan één van de twee bevesti-
gingspunten (29) van de magneetboorstandaard
aanbrengen.
- Daarna de borgriem aan een ander geschikt
bevestigingspunt of aan het te bewerken mate-
riaal vastmaken.
(a)
- Aanwijzingen voor de borgriem (28):
Steek het vrije uiteinde van de borgriemvan
onderaf door de spleet in de as van de ratel en
trek vervolgens aan het vrije uiteinde van de
borgriem tot deze losjes aansluit.
Hij mag niet aansluiten, zodat de borgriem
meer dan 1 volle slag opgerold kan
worden - Alleen zo is een veilige bevestiging
mogelijk. Span de borgriem door de ratel-
hendel (a) pompend te bewegen.
- Let erop dat de borgriem strak geleid wordt.
- Controleer of de riemverbinding goed vastzit.
De borgriem vervangt niet de magneetkracht
van de magneetboorstandaard en dient uits-
luitend als valbeveiliging bij uitval van de magneet.
De borgriem ontspannen:
Let op, de spanning komt in één keer vrij!
Om de borgriem te ontspannen, klapt u de
ratel helemaal open en trekt u tegelijkertijd met
uw vinger de vergrendelpal (b) omhoog.
7.2
Koelsmeerinrichting voor het kernbo-
ren
De standtijd van gereedschap hangt af van de
smering. De binnensmering met hoogwaardige
snijolie is bij het kernboren absoluut noodzakelijk.
Voor het vullen van de tank (4) neemt u deze
van de magneetboorstandaard af.
Vul de tank (4) met hoogwaardige snijolie en draai
de schroefsluiting dicht. Schakel de smering met
de toevoerkraan (3) in en uit.
Bij het werken aan verticale en overhangende
vlakken en bij het bovenhands werken (en wanneer
de tank in de koffer wordt gelegd) moet de tank (4)
(b)