Plaats de zaagketting (22) om het kettingwiel
en in de groef op het blad.
Controleer of de ketting in de juiste richting
draait.
Plaats de kap en het blad door de borgmoer
met de hand vast te draaien terwijl u het
uiteinde van het blad omhoog tilt.
Draai de schroef van de kettingspanner vast
tot de aandrijfschakel van de ketting de
onderkant van het blad raakt.
Draai de borgmoer stevig vast en span de
ketting volledig terwijl u het uiteinde van het
blad omhoog houdt.
De ketting spannen
Pas de spanning van de ketting aan door
de schroef van de kettingspanner aan te
draaien met een schroevendraaier, bijv. de
schroevendraaier op de bougiesteeksleutel
(29).
Draai de schroef naar rechts om de ketting
strakker te zetten en naar links om de ketting
losser te maken. Er moet een paar millimeter
speling zijn in de ketting wanneer u deze in
het midden van het blad optilt. De ketting
mag niet onder het blad hangen.
LET OP! Een nieuwe ketting zet in het
begin uit. Het is daarom belangrijk om de
kettingspanning regelmatig te controleren
tijdens de eerste paar gebruiksuren.
Kettingolie bijvullen
Draai de olievuldop los van de
kettingolietank (21) en vul met schone,
nieuwe kettingolie van goede kwaliteit.
Plaats de dop terug en draai deze stevig vast.
Controleer of de olie wordt afgevoerd door
de zaagketting als deze draait. Plaats indien
nodig papier op de grond zodat oliespetters
beter zichtbaar zijn.
Als er onvoldoende olie naar de ketting gaat,
verwijder dan de stang en stof en zaagsel
rond het smeermondstuk bij het tandwiel.
Smeer het voorste tandwiel van de stang
door wat kettingolie aan te brengen in de
smeeropeningen op de stang.
LET OP! Een volle kettingolietank is genoeg
voor maximaal 15 minuten gebruik.
Controleer het kettingoliepeil daarom voor
deze tijd en vul bij indien nodig.
NL
217