Voor het lassen met 0,8 mm aluminium draad, vervang de rol door een een model met een 8mm U-vormige gleuf (niet standaard
meegeleverd).
Fig C : Om de druk van de rollen af te stellen, doe als volgt :
• Draai de knop (3) maximaal los en duw hem naar beneden, steek de draad in en sluit de haspel losjes.
• Start de motor door op de hendel van de toorts te drukken
• Draai de knop aan en blijf de hendel van de toorts ingedrukt houden. Stop het aandraaien wanneer de draad meegetrokken
wordt.
Nb: voor aluminium draad, zet er minimale druk op zodat u de draad niet beschadigt.
• Laat de lasdraad ongeveer 5cm uit de toorts komen, plaats daarna aan het eind van de toorts de geschikte contact buis (fig.
D), en daarna de geschikte gasbuis (fig. E).
GASAANSLUITING
• Installeer een geschikte drukregelaar op de gasfles. Koppel die aan het lasapparaat (fig. F) met de bijgeleverde slang. Bevestig
de twee klemmen om lekkage te voorkomen.
• Regel de gastoevoer met de regelknop op de drukregelaar.
NB: Om de gas stroom eenvoudiger te kunnen regelen, druk op de trekker van de toorts om de rollen aan te drijven
(draai de knop van de haspel losser om de draad niet mee te trekken).
Deze procedure is niet van toepassing op het lassen in de « No Gas » mode.
INSCHAKELDUUR EN GEBRUIKSOMGEVING
• Het beschreven apparaat heeft een vlakke uitgangskarakteristiek (constante spanning) bij MIG/MAG lassen, en een dalende
uitgangskarakteristiek (constante stroom) bij MMA lassen. Zijn vermogensfactor volgens de EN60974-1 norm is vermeld in de
onderstaande tabel:
X @ 40°C
(T cycle = 10 min)
NEOMIG 130 – MIG/MAG
NEOMIG 130 - MMA
NEOMIG 140/150 – MIG/MAG
NEOMIG 140/150 - MMA
NB: de thermische tests zijn uitgevoerd bij normale temperatuur en de vermogensfactor bij 40°C is door simulatie bepaald.
RISICO OP VERWONDINGEN VEROORZAAKT DOOR BEWEGENDE ONDERDELEN
De draadaanvoersystemen zijn voorzien van bewegende delen die handen, haar, kleding en gereedschap kunnen
grijpen en die ernstige verwondingen kunnen veroorzaken !
• Leg geen hand te draaien of bewegende onderdelen of delen om het station!
• Zorg ervoor dat de behuizing deksels of beschermkappen tijdens het bedrijf gesloten blijven!
THERMISCHE BEVEILIGING EN ADVIES
Dit apparaat is uitgerust met een ventilator die gereguleerd wordt door de temperatuur van het apparaat. Het lasapparaat levert
geen stroom als de thermisch beveiligingsniveau bereikt is. Het oranje led-lampje (Fig-V-2) blijft branden zolang de temperatuur
van het apparaat nog niet tot de normale waarde is gedaald.
• Laat de ventilatieopening vrij zodat de lucht gemakkelijk kan circuleren.
• Laat na het lassen en tijdens thermische beveiliging, het toestel aanstaan om het af te laten koelen.
• Volg de standaard regels van het lassen.
• Zorg ervoor dat de ventilatie voldoende is.
• Niet op een natte ondergrond werken.
AFWIJKINGEN, OORZAKEN, OPLOSSINGEN
SYMPTOMEN
De draad aanvoer is niet
constant.
54
NEOMIG 130 / 140 / 150
I max
20% @ 120A
20% @ 100A
15% @ 140A
15% @ 120A
MOGELIJKE OORZAKEN
De spatten verstoppen de opening.
De draad glijdt niet op de rollers.
60%
(T cycle = 10 min)
70A
60A
80A
70A
OPLOSSINGEN
Vervang de contact buis of maak die schoon,
daarna anti hecht middel op doen.
"Controleer de druk op de rollers of vervang ze.
Diameter van de draad is niet passend voor de
roller.
De mantel die draad naar de toorts leidt is niet
passend."
NL
100%
(T cycle = 10 min)
60A
50A
70A
60A