- De sensor van de aanvoerleiding na de kraan
moet op ongeveer 0.5 m van de 3-wegkraan of
na de verwarmingspomp geplaatst worden,
indien deze op de aanvoerleiding geplaatst is.
- Snijd het isolatiemateriaal van de buis over een
lengte van 50 mm weg
3
Elektrische aansluiting
Alle aansluitingen worden uitgevoerd op de
daarvoor bestemde klemmenstroken aan de
achterkant van het bedieningspaneel van de
verwarmingsketel.
De kabels van de sensoren en de kabels
van de 230V-kring moeten gescheiden
blijven :
- In de verwarmingsketel : Hiervoor de
2 kabelleidingen aan de ene en de andere
kant van de ketel gebruiken.
- Buiten de verwarmingsketel : Gebruik 2
kabelleidingen met een tussenafstand van
ten minste 10 cm.
Raadpleeg
de
bedieningspaneel.
Sensoren
Kabel 230V
18/12/2014 - 88014546-02
handleiding
van
- Maak op de plaats waar de sensor gemonteerd
is de leidingen grondig schoon (er mogen geen
verfresten zichtbaar zijn) en smeer ze in met de
in de klaar-voor- gebruik spuit meegeleverde
contactpasta.
- Bevestig de sensor met behulp van de hiertoe
meegeleverde slangklem.
de sensor van de aanvoerleiding mag niet
bedekt worden met het isolatiemateriaal van
de leidingen.
Voor Zwitserland :
het
AD199
9