All manuals and user guides at all-guides.com
Neem contact op met een servicewerkplaats als de
carburateur moet worden afgesteld.
KOPPELING/REM AFSTELLEN
Als de aandrijfriem slipt (deze kan door slijtage
iets uitrekken) kan dit worden verholpen via de
versnelling/rem.
Afstelling: Duw vergrendelingspin O naar het ach-
terste gat (afb. 13).
De remmen kunnen worden afgesteld met bout P
op de remarm (afb. 13).
Zorg er na het afstellen voor dat de versnelling al-
tijd eerder dan de rem wordt geactiveerd.
MAAIDEK VERWIJDEREN
1. Trek de parkeerrem aan.
2. Til de machine op en zet deze op de achterkant.
Voordat u de machine op de achterkant
gaat zetten, eerst de benzine en olie er-
uit laten lopen.
3. Zet de maaihoogte op de laagste stand en verwij-
der borgpin Q (afb. 14).
4. Verwijder de twee achterste borgpennen R en de
kabels voor het schakelcontact op het maaidek
(afb. 15).
5. Haal de riem van de poelie (buig de riemgeleider
S naar boven) (afb. 16).
6. Verwijder het maaidek.
V-RIEM VERVANGEN
MOTOR - MAAIDEK
1. Verwijder het maaidek (zie boven).
2. Verwijder de riembeugel T. Verwijder de oude
riem (afb. 17).
3. Monteer een nieuwe originele riem in de omge-
keerde volgorde.
V-RIEM VERVANGEN
MOTOR - TRANSMISSIE
1. Trek de parkeerrem aan.
2. Til de machine op en zet deze op de achterkant.
Voordat u de machine op de achterkant
gaat zetten, eerst de benzine en olie er-
uit laten lopen.
3. Verwijder het maaidek (zie boven).
NEDERLANDS
4. Maak veer U los en verwijder de riemspanner V
(afb. 16).
5. Maak de riemgeleider X los en draai deze naar
één kant.
6. Haal de beschadigde riem over de poelie van de
transmissie. Werk vanuit de bovenzijde van de ma-
chine. Gebruik de gaten in de basisplaat.
7. Laat de riem over de poelie lopen. Duw de riem-
geleider S naar beneden en plaats de riem in de on-
derste groef. Duw de riemgeleider omhoog en
verwijder de beschadigde riem.
8. Monteer een nieuwe originele riem in de omge-
keerde volgorde.
MESREM AFSTELLEN
1. Zet de hendel voor het mes in de achterste, ont-
grendelde stand.
2. Ontgrendel de mesrem Y en stel deze zo in dat
hij tegen de riempoelie ligt (afb. 17).
3. Draai de schroef en de moer aan.
Vervang de remvoering als deze is versleten.
BLAD
Zorg dat het mes altijd scherp is. Zo krijgt u het
beste maairesultaat.
SLIJPEN
Uit veiligheidsoverwegingen mag het mes niet
worden geslepen op een amarilschijf. Onjuist slij-
pen (een te hoge temperatuur) kan het mes broos
maken.
Eventuele slijpwerkzaamheden moeten worden
uitgevoerd op een wet- of slijpsteen (nat slijpen).
Na het slijpen moet het mes uitgebalan-
ceerd worden om schade door trillingen
te voorkomen.
MESSEN VERVANGEN
Bij het vervangen van messen, meshouders en
mesbouten altijd originele reserveonderdelen ge-
bruiken.
Gebruik altijd originele onderdelen.
Niet-originele reserveonderdelen kun-
nen verwondingen veroorzaken, ook al
passen ze in de machine.
Bij het vervangen van een mes moet ook de mes-
bout worden vervangen. Deze is voorzien van een
slot. Aandraaimoment mes: 65 Nm.
NL
63