Schroefasafdichting 'ZWB35', 'ZWB40', 'ZWB45', 'ZWB50'
Inleiding
Deze Vetus schroefasafdichting, met binnenla-
ger, is voorzien van een tweevoudige asaf-
dichting.
Om een goede asafdichting te waarborgen:
• Moet de schroefas een maximale diameter-
tolerantie hebben van: + 0,0 mm /
– 0,16 mm.
• Is het noodzakelijk dat de schroefas gecen-
treerd in de schroefaskoker is opgesteld.
Breng de schroefas in lijn met de scheeps-
motor alvorens de schroefasafdichting aan
te brengen!
Het schroefastoerental mag de in de tabel ver-
melde waarde niet overschrijden.
D (in mm)
35
omw/min
2300
Installatie
N.B. De nummers verwijzen naar de tekening-
nummers.
Algemeen
Het einde van de schroefaskoker waar de
1
rubber mof wordt aangebracht moet
braamvrij, vetvrij en schoon zijn. De vrije
lengte van de koker moet gelijk aan of gro-
ter zijn dan afmeting A uit de tabel.
De as moet krasvrij, braamvrij en schoon
zijn, in het bijzonder ter plaatse waar de as
in het zwevend lager en asafdichting
komt. Ook het einde van de as, een even-
tuele spiebaan of gaten in de as moeten
braamvrij zijn. De vrije lengte van de as
moet gelijk aan of groter zijn dan afmeting
B uit de tabel.
Zorg dat de schroefas in de schroefaskoker
geplaatst is.
Smering van de asafdichting
De smering en koeling van de asafdichting en
van het (de) eventuele rubber lager(s) wordt
verzorgt door buitenwater.
Voldoende toevoer van water, tijdens het
draaien van de schroefas, is absoluut nood-
zakelijk!
De minimaal benodigde hoeveelheid water
bedraagt: - schroefas ø 35 mm : 35 liter/uur
- schroefas ø 40 mm : 45 liter/uur
- schroefas ø 45 mm : 60 liter/uur
- schroefas ø 50 mm : 70 liter/uur
Het benodigde buitenwater kan worden
2
toegevoerd door middel van een aftak-
king in het buitenkoelwatersysteem van
de scheepsmotor.
Indien een beluchter is geïnstalleerd
3
(waterinjectiepunt in de uitlaat ligt onder
de waterlijn of minder dan 15 cm boven de
waterlijn) maak dan de aftakking in het
buitenkoelwatersysteem van de motor
tussen de buitenwaterpomp en de
beluchter en niet tussen de beluchter en
het waterinjectiepunt.
Het benodigde buitenwater kan ook wor-
4
den toegevoerd via een aparte waterhap-
per met afsluiter;
- schroefas ø 35 mm : minimaal G 3/8
- schroefas ø 40 mm, ø 45 mm en
ø 50 mm
Plaats de waterhapper met de inlaatsleu-
ven naar voren zodat tijdens het varen
voldoende water naar binnen wordt
gestuwd, de waterhapper mag de stro-
ming van het schroefwater niet verstoren.
De schroefasafdichting mag zowel onder als
boven de waterlijn worden geplaatst. Bij plaat-
sing van de schroefasafdichting boven de
waterlijn dient, om een goede toevoer van
water te waarborgen, de watertoevoer bij
voorkeur volgens tek. 2 te worden aangeslo-
ten.
Naast de smering van de asafdichting
5
door water moet tussen de twee afdicht-
lippen van de asafdichting een smeermid-
del (vet) worden aangebracht.
2
40
45
50
2150
2000
1900
: minimaal G 1/2
Eindmontage
Plaats de rubber mof, met de 4 slang-
6
klemmen, op de schroefaskoker. Schuif
de rubber mof niet verder op de koker dan
afmeting C uit de tabel!
Vet de schroefas, ter plaatse waar de as in
7
het zwevend lager en asafdichting komt,
in.
Pas uitsluitend het meegeleverde vet toe!
Andere vetsoorten kunnen mogelijk de
asafdichting, de mof of het rubberlager
aantasten.
Plaats het binnenlager op de schroefas
8
en schuif het in de mof. Schroef de slang-
klemmen vast (aanhaalmoment 4 à 5 Nm)
Breng over de spiebaan een stuk plak-
9
band 'A' aan. Dit voorkomt dat tijdens de
montage van de asafdichting op de as de
afdichtlippen beschadigt worden.
Beschadigingen aan de afdichtlippen
leiden tot lekkage!
Vet de afdichtlippen van de asafdichting
in. Plaats de asafdichting op de schroef-
as, zorg er voor dat de O-ring op zijn
plaats zit en monteer de asafdichting met
de 3 schroeven.
A
Verwijder de schroef met de ring en
10
vul de ruimte voor ca. 50% met vet
(ca. 1 à 2 cm
meegeleverde
schroef en de ring, aanhaalmoment
ca. 5 Nm.
B
Monteer de slangpilaar, met een vloei-
baar afdichtmiddel, in het lagerhuis.
N.B. Gebruik geen teflon tape!
Verbind de slangpilaar (de waterinlaat)
11
door middel van een slang, inw. diame-
ter 10 mm (ø 35 mm) resp. 12 mm (ø 40,
ø 45, ø 50 mm), met de watertoevoer.
Monteer elke
roestvaststalen slangklemmen.
Na de tewaterlating
Controleer onmiddellijk na de tewaterlating de
asafdichting, de verbindingen van de rubber
mof en de slangverbindingen op lekkage.
Het kan noodzakelijk zijn eerst te ontluchten,
neem hiertoe de slang bij het binnenlager los
tot er water uitstroomd.
Open altijd de afsluiter (na de waterhapper)
alvorens te gaan varen.
Controleer tijdens het varen de asafdichting op
lekkage en op temperatuur. Een hoge tempe-
ratuur duidt op te weinig water voor smering
en koeling!
Onderhoud
Voer iedere 200 draaiuren of tenminste één-
maal per jaar als het schip uit het water is het
volgende onderhoud uit:
• Neem de bouten los waarmee de asafdich-
ting op het binnenlager is gemonteerd.
• Maak het loopvlak, van de afdichtlippen op
de as, schoon zodat deze vrij van vet, vuil
en aanslag zijn.
• Controleer of de afdichtlippen onbescha-
digt zijn, indien beschadigt vervang dan de
asafdichting.
Art. code reserve asafdichting:
- 'ZWB35RES' voor schroefas ø 35 mm
- 'ZWB40RES' voor schroefas ø 40 mm
- 'ZWB45RES' voor schroefas ø 45 mm
- 'ZWB50RES' voor schroefas ø 50 mm.
• Vet de schroefas en de afdichtlippen in.
• Monteer de asafdichting terug op het
binnenlager, aanhaalmoment van de bou-
ten ca. 4 Nm.
• Vul de afdichting met nieuw vet, zie
'Installatie' punt 10 A.
• Controleer onmiddellijk na de tewaterlating
de asafdichting en
lekkage.
NEDERLANDS
3
). Pas uitsluitend het
vet toe! Monteer de
slangverbinding met 2
alle verbindingen op
3.0303