Inbedrijfstelling
Het apparaat aansluiten
Wanneer u het apparaat aansluit, wordt de gereedheid voor gebruik akoestisch
gesignaleerd.
Let op: koppel of ontkoppel het apparaat niet met natte handen.
Vermogen
De aan / uit-schakelaar wordt gebruikt om het apparaat "aan" en "uit" te zetten.
Auto
In de automatische modus wordt de ventilatorsnelheid van het apparaat geregeld via de
luchtkwaliteitssensor. Het apparaat past automatisch de ventilatorsnelheid aan van de
laagste naar de hoogste modus, afhankelijk van de kwaliteit van de lucht.
De huidige luchtkwaliteit wordt zowel kwantitatief als kwalitatief weergegeven op het
display.
Luchtkwaliteit
Display
Ventilatiesnelheid
Goed
Groen
Laag
Matig
Oranje
Medium
Zeer matig
Rood
Hoog
Ongezond
Knipperend rood
Zeer hoog
Timer
Met de timer kun je de looptijd van het apparaat instellen. Er kunnen tijden tussen 1 en
10 uur worden gekozen.
ION
Druk op de knop om de ionisatorfunctie in / uit te schakelen wanneer het apparaat in de
normale of automatische modus werkt.
Steriliseren
Druk op de knop om de UVGI-sterilisatiefunctie in / uit te schakelen wanneer het
apparaat in de normale of automatische modus werkt.
Slaap modus
In de slaapstand werkt het apparaat op de laagste ventilatorsnelheid voor minimale
geluidsoverlast. Behalve het slaapdisplay worden alle andere displays uitgeschakeld.
Om de slaapstand te verlaten, drukt u op de slaapknop of de snelheidstoets.
Snelheid
Druk op de Speed-knop om de ventilatorsnelheid van 1 tot 4 te regelen in de modus
Normaal of Auto. Het huidige ventilatorniveau is zichtbaar op het display.
33