Advanced Configuration Mode
(Geavanceerde configuratiemodus)
Opmerking: Zorg ervoor dat uw portofoon is ingesteld
op het kanaal dat u wilt programmeren,
voordat u de functies gaat configureren.
U kunt dit doen voordat u Advanced
Configuration Mode (Geavanceerde
configuratiemodus) opent of op elk
gewenst moment in Advanced
Configuration Mode (Geavanceerde
configuratiemodus) door aan de
kanaalselectieknop te draaien totdat u
het gewenste kanaal hebt bereikt.
Als u frequenties, codes of auto-scan wilt lezen
of wijzigen, stelt u de portofoon in op Advanced
Configuration Mode (Geavanceerde
configuratiemodus). Houd hiertoe tegelijkertijd
de knop PTT en de knop SB1 3 tot 5 seconden
ingedrukt terwijl u de portofoon inschakelt. Ga
hiermee door totdat u een stem "Programming
Mode" (programmeermodus) en "Channel
Number" (kanaalnummer) hoort zeggen. De
LED-Indicator begint te knipperen met een
groene hartslag.
Opmerking: De 'inactieve' programmeermodus is de
fase van de programmeermodus waarin
de portofoon wacht tot de gebruiker de
programmeercyclus voor de portofoon
start.
Zodra u zich in de 'inactieve' programmeermodus
bevindt, kunt u de instellingen voor frequentie,
code en auto-scan horen door kort te drukken
op de PTT-knop en de verschillende
programmeerbare functies te doorlopen.
Frequentiewaarden invoeren
Portofoons van de XT-serie maken gebruik van
de PMR446-band, waarop acht frequenties
beschikbaar zijn.
In de 'inactieve' programmeermodus is het
kanaalnummer de eerste waarde die kan
worden gewijzigd. Selecteer het gewenste
kanaal door te draaien aan de
kanaalselectieknop. U hoort een stem het
kanaal noemen dat is geselecteerd voor
configuratie. Als u kort op de PTT-knop drukt,
kunt u de overige functies doorlopen die
27
Nederlands