−
Bijkomend nummer (2) voor mobiele telefoons (nummer van
de alarmontvanger: SMS-ontvanger, faxtoestel, pager of e-
mail service)
−
Type alarmontvanger
−
Prefix 1...3 (SMS-omleiding voor faxtoestel of e-mailadres)
−
Type alarmering (verschijnen, verschijnen en verdwijnen)
• Instellingen voor de modemcommunicatie:
−
Soort modem *
−
String voor modeminitialisering 1 / 2 *
−
Modem-Baudrate *
−
Modemstring voor keuzecommando *
−
Modemstring voor afbreekcommando *
−
Modemstring voor modemsuffix *
−
Modemstrings voor modem-resetcommando *
• Andere instellingen:
−
Taal *
−
Telefoonnummer installatie *
−
Installatienaam *
* wijziging facultatief
Overige instellingen
1.
Apparatenregister wordt als volgt samengesteld:
−
Indrukken van de LPB-toets gedurende 6 seconden
−
zoekprocedure of parametrering met de installatie-
bediensoftware ACS7... direct via de PC en RS-232
−
zoekprocedure of parametrering met de installatie-
bediensoftware ACS7... via de servicetool OCI700 over
de LPB
−
zoekprocedure of parametrering met de installatie-
bediensoftware ACS7... via modem vanaf het bediensta-
tion
Aanwijzingen • Het samenstellen van het apparatenre-
gister met behulp van de zoekactie wordt
alleen aanbevolen, als het aantal appara-
ten aan de LPB dat van de aan de commu-
nicatiecentrale maximaal aansluitbare aan-
tal apparaten niet te boven gaat (afhanke-
lijk van het type communicatiecentrale 1, 5
of 16)
• Noch de communicatiecentrale noch de
servicetool OCI700 voeden de bus. Om
een communicatie mogelijk te maken, moet
minstens 1 LPB-regelaar aan de bus zijn
aangesloten
2.
Het aantal gevonden LPB-regelaars wordt op de bedrijfs-
weergave (groene LED) weergegeven. Per LPB-regelaar
gaat de LED kort branden.
3.
Is het apparatenregister correct, dan kan via de installatie-
bediensoftware ACS7... per aangesloten regelaar een naam
toegekend worden.
4.
Verdere parametreringen, die eveneens via de installatie-
bediensoftware ACS7... moeten of kunnen worden ge-
maakt, zijn afhankelijk van de installatie (b.v. wijze van
alarmering van de alarmbronnen).
Afsluiten van de inbedrijfstelling
1.
Na de inbedrijfstelling moet de modemverbinding steeds
getest worden. Dit om onnodige servicehandelingen wegens
het niet communiceren tegen te gaan.
Daarvoor moet voor het communiceren de RS232-
schakelaar in de stand
dem verbonden is met de communicatiecentrale, kan de
modem-reset-toets gedurende 2 seconden worden in-
gedrukt.
Fouten bij de opbouw van de communicatie worden in de
alarmweergave (rode LED knippert) weergegeven.
2.
Klemafdekking aan de laagspanningszijde monteren.
(Eind)controle ter plaatse
1. Brandt de groene LED (bedrijfstoestand)?
2. Is de rode LED (alarmweergave) uit?
Building Technologies
worden gebracht. Zodra de mo-
3. LPB-toets kort indrukken. Komt het aantal met de groene
LED weergegeven regelaars overeen met het aantal regel-
aars, dat in de installatie door de communicatiecentrale moet
worden ondersteund?
4. Werkt de communicatie met het bedieningsstation en met de
geparametreerde alarmontvangers correct?
5. Staat de RS232-schakelaar in stand
it
Italiano
Installazione
Luogo di installazione
• In un locale non umido
• Scelte di installazione:
−
In un quadro standard
−
Su un pannello di un quadro (fronte quadro, a fondo quadro,
o su barra din)
• Temperatura ambiente permessa: 0...50 °C
• L'unità deve essere facilmente accessibile per gli interventi di
service
Installazione elettrica
• Devono essere rispettate le norme locali in materia di sicurez-
za elettrica.
• L'isolamento dell'unità centrale dall'alimentazione AC 230 V
deve essere assicurata tramite un fusibile da 10 / 16 A, facil-
mente accessibile e identificabile.
• Lunghezza ammissibile dei cavi:
−
LPB: riferirsi alla seguente documentazione:
Foglio tecnico CE1N2030
Foglio tecnico CE1N2032
−
RS-232: max. 15 m
Montaggio
La centrale LPB bus può essere montata in varie posizioni.
Seguono degli esempi di installazione:
Installazione a parete
1.
Segnare la posizione dei fori sulla parete (utilizzando
l'apparecchio come dima).
2.
Fare i fori per i tasselli a parete.
3.
Installare l'apparecchio a parete tramite le viti e i tasselli
Note sull'installazione a parete:
Per l'installazione a parete con viti, sono disponibili quattro fori.
Viti: max. dia. 3.5 mm; per la dima di foratura, fare riferimento
a «Dimensioni».
Installazione a parete tramite barra Din
1.
Installare la barra Din.
2.
Fissare l'apparecchio sulla barra Din
3.
Assicurarsi che sia installato correttamente (dipende dal tipo
di barra din utilizzata).
74 319 0172 0 d
G2533xx
→ modem
?
→ PC
de juiste stand ?
01.02.2008
9/20