OntVOchtigen
Als het apparaat (vrijwel) uitsluitend als ontvochtiger wordt gebruikt, breng dan
de luchtafvoerslang J niet aan en laat de warme lucht terugstromen in de te ont-
vochtigen ruimte. U dient wel een waterafvoerslang naar een daarvoor geschikte
plaats te leiden.
g
OP een VASte AfVOer AAnSluiten
h
OnderhOud
G
Gebruik voor het regelmatig schoonmaken van de buitenkant van het apparaat
uitsluitend een zachte, vochtige doek.
Voor het onderhoud van de filters, zie hoofdstuk D "Luchtfilter".
G
i
OPBergen
1
112
Eerst het apparaat uitzetten en de stekker uit het stopcontact halen.
Plaats een pannetje of bakje op de grond onder het wateraftappunt K om
eventueel weglopend water op te vangen.
Haal de rubberen stop uit het wateraftappunt K.
Schuif een waterafvoerslang over het wateraftappunt K.
Het andere einde van de waterafvoerslang naar een daarvoor geschikte
plaats (afvoerputje) laten lopen. Let er daarbij speciaal op dat de afvoerslang
niet gedraaid is of knikken heeft.
PAS OP!
Schakel eerst de unit uit en trek de stekker uit het stopcontact voor u
het apparaat of filter gaat schoonmaken.
OPmerking
Gebruik het apparaat nooit zonder gaasfilter.
Leeg het waterreservoir (zie hoofdstuk F).
Maak het gaasfilter schoon (zie ook hoofdstuk D).
Zet het apparaat 2 uren aan in luchtcirculatiestand, waardoor het binnen-
werk volledig droog wordt.