Aansluiting Van Meerdere Bedieningskasten; Het Resetten Van De Motorbeveiliging; Gebruik Van Fan Control Series 591; Automatische Ventilatorafstelling - Nederman 591 Serie Manual De Instrucciones

De aansluitingen dient u volgens het bedradingsschema aan te brengen.
1. Maak en kabelverbinding tussen de ventilatorschakelaar en de
bedieningskast. A1 – J7:0V en 96 – J2:B. Wij raden u aan een kabel van
2 x 1,0 mm
2. Bij systemen met sensor dient de sensorkabel te worden aangesloten op de
bedieningskast.
3. Sluit eventuele verlichting of schakelaars voor Nederman–afzuigarmen
aan.
LET OP!
Controleer juiste spanning: blok J6. D3 = lichtdiode, spanning.
4.3

Aansluiting van meerdere bedieningskasten

Zie afbeelding 4. Meerdere bedieningskasten kunnen worden aangesloten
wanneer een centrale ventilator moet worden gebruikt. Zie aansluitschema,
zie afbeelding 3.
LET OP!
De ventilatorcontactor kan worden aangesloten op elk van de
bedieningskasten.
4.4 Vertragingstijd
Bij systemen met een sensor sluit de ventilator na het lassen automatisch met
een vertragingstijd van 1 minuut. Deze tijd kan worden ingesteld met behulp
van de potentiometer in de bedieningskast, zie afbeelding 3. De tijd kan worden
ingesteld op 0 tot 5 minuten, ±25 %.
4.5 Het instellen van de motorbeveiliging
Zie afbeelding 4. Zoek de nominale stroom op door op het identificatieplaatje
op de Ventilatormotor te kijken. Stel de Motorbeveiliging (zie X) van de
Ventilatorschakelaar in op de juiste waarde.
LET OP!
Wij adviseren om het gehele elektrische systeem (de ventilator
inbegrepen) uit te rusten met vergrendelbare veiligheidsschakelaars.
OPGELET!
Schakelaar B moet "0" zijn voordat de stroom wordt ingeschakeld.
4.6

Het resetten van de motorbeveiliging

Schakel de stroom uit, verwijder de deksel van de Ventilatorschakelaar en druk
op knop C, zie afbeelding 5.
5

Gebruik van Fan Control Series 591

Zie afbeelding 5. Dit systeem is ontworpen voor gebruik in een droge omgeving,
in combinatie met andere Nederman damp-, rook of stofafzuigingsproducten.
5.1

Automatische ventilatorafstelling

(Alleen bij modellen met sensor). Bevestig de sensorklem aan de laskabel.
Voordat u gaat lassen dient u te controleren of de sensorklem op zijn plaats
zit. De sensor schakelt de ventilator automatisch uit na beëindiging van de
te gebruiken. Maak en kabelverbindning J2:A – J7:24 V
2
Fan Control Series 591 NL
35