Fahl DURACUFF Manual De Instrucciones página 83

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 54
3.1. Cuff
Bij de productvarianten met cuff sluit de onderdrukmanchet met een bijzonder dunne wand en een
groot volume goed op de trachea aan en garandeert bij een juiste vulling een betrouwbare afsluiting.
De cuff kan als een ballon worden opgepompt. Met de kleine controleballon aan de vulslang kunt u zien
of de canule zich in de geblokkeerde (gevulde) of niet-geblokkeerde toestand bevindt.
De cuff zelf wordt via een slang met eenwegsventiel en controleballon gevuld.
3.1.1 Controle van de afsluiting van de canule en de cuff (indien aanwezig)
De afsluiting van canule en cuff moet direkt voor en na het gebruik en daarna met regelmatige
tussenpozen worden gecontroleerd. Vul hiervoor de onderdrukmanchet met 15 tot 22 mmHg (1 mmHg
komt overeen met 1,35951 cmH2O) en controleer of er een spontane drukverlaging wordt ingesteld
(voor het vullen en de controle aanbevolen: MUCOPROTECT
cuffdrukmeter REF 19500). Er mag
®
gedurende de controleperiode geen belangrijke drukverlaging in de cuff optreden. Deze controle van
de afsluiting moet ook vóór elk hergebruik (bijv. na reiniging van de canule) worden uitgevoerd (zie
afb. 7c).
Aanwijzingen voor een bestaande onvolledige afsluiting van de cuff (ballon) zijn onder andere de
volgende:
NL
- Aan de buitenkant herkenbare beschadigingen van de ballon (gaten, scheuren e.d.)
- Hoorbaar sisgeluid door het ontsnappen van lucht uit de ballon
- Water in de toevoerslangen naar de canule (na reiniging!)
- Water in de manchet (na reiniging!)
- Water in de controleballon (na reiniging!)
- Geen hoestprikkel als er druk uitgeoefend wordt op de controleballon
LET OP!
Bij het controleren van de ballon mogen bij het inbrengen, verwijderen of reinigen van de canule in
geen geval scherpe of spitse voorwerpen bijv. pincetten of klemmen worden gebruikt omdat deze
de ballon (onherstelbaar) kunnen beschadigen. Als u een van de bovenstaande aanwijzigingen
voor een onvolledige afdichting vaststelt, mag de canule in geen geval meer gebruikt worden
omdat de goede werking dan niet meer gegarandeerd is!
3.2 Obturator
Controleer voordat u de tracheacanule gebruikt of de obturator gemakkelijk uit de canule kan worden
verwijderd!
Als u gecontroleerd hebt dat de obturator zich eenvoudig laat verwijderen, schuift u voordat u de
tracheacanule gaat inbrengen, de obturator weer terug in de canule.
3.3 Afzuigopening (alleen bij tracheacanulevarianten Suction)
Via de afzuigopening in de buitenslang van de Suction-tracheacanules kan secreet verwijderd worden
dat zich boven de opgepompte cuff verzameld heeft.
De naar buiten leidende afzuigslang kan aan een injectiespuit of een afzuigapparaat gekoppeld
worden. Het besluit welke van deze afzuigmogelijkheden gekozen wordt, moet na inschatting
van het risico door de gebruiker in overleg met de behandelend arts genomen worden.
Hierbij moet rekening gehouden worden met het individuele ziektebeeld van de patiënt.
In elk geval mag een afzuiging door middel van een afzuigapparaat alleen plaatsvinden als dit apparaat
uitgerust is met een vacuümregelaar. De afzuigdruk mag maximaal –0,2 bar zijn.
Om het aspireren van secreet te voorkomen kan bij de Suction-versie van de tracheacanules het direct
boven de cuff verzamelde secreet via de aan de canule bevestigde afzuigopening afgezogen worden.
Daardoor hoeft er niet meer gelijktijdig met het deblokkeren van de canule aanvullend afgezogen te
worden met behulp van een afzuigkatheter, wat het gebruik bijzonder vereenvoudigt.
LET OP!
Bij alle tracheacanulevarianten met een afzuiginrichting ("SUCTION") moet er tijdens het
afzuigen goed op worden gelet dat er zo kort mogelijk onderdruk wordt gecreëerd; uitdroging
van de subglottische ruimte, die daarvan het gevolg is, moet vermeden worden.
LET OP!
Contra-indicatie bij patiënten met verhoogde bloedingsneiging (bv. bij anticoagulatietherapie).
Bij deze patiënten mogen de Suction-tracheacanules met afzuigopening niet gebruikt worden,
omdat er een verhoogd risico bij het afzuigen aanwezig is.
4. Binnencanule
De handige Easy Lock 6-kant-aansluiting dient voor de veilige bevestiging van de binnencanule en
compatibele accessoires.
De binnencanules zijn afhankelijk van de specificatie uitgerust met een standaard aanzetstuk, zijn vast
met bepaalde adapters/connectors verbonden of kunnen op verwijderbare accessoiredelen zoals bijv.
spreekventielen worden aangesloten.
83

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido