Voordatuditapparaatingebruikneemteerstdegebruiksaanwijzingaandachtiglezen
enlettenopdeveiligheidsinstructies!Voorschadeofongelukken,diedoornietnaleving
vandegebruiksaanwijzingenveiligheidsinstructiesontstaanzijnwijnietaansprakelijk.De
gebruiskaanwijzingzorgvuldigbewarenenbijdoorgevenvanhetapparaatbijvoegen.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Gevaar! Gebruik het toestel nooit in bad, onder een douche of boven een wasbak met water
gevuld. Risico op een dodelijke elektrische schok!
•
Kinderen kennen het gevaar niet van electrische toestellen. Laat deze buiten hun bereik.
Risico op lichamelijk letsel en een elektrische schok!
•
Sluit het toestel enkel aan op wisselstroom 230 Volt ~ 50Hz. Het apparaat kan spontaan
ontbranden!
•
Het apparaat bij het reinigen nooit in water onderdompelen. Er bestaat een risico op een
elektrische schok door binnengedrongen water!
•
Voor gebruik van het apparaat uitsluitend de bijgeleverde net transformator gebruiken.
Brandgevaar!
•
Verbindingskabel niet knikken, beschadigen of in contact brengen met hete oppervlakken.
Er bestaat een risico op een elektrische schok door een beschadigde kabelisolatie.
•
Nettransformator na het gebruik steeds uit het stopcontact trekken. Brandgevaar door
oververhitting van de transformator!
•
Apparaat voor ieder gebruik controleren op goede staat – bij herkenbare beschadigingen niet
gebruiken. Er bestaat een risico op lichamelijk letsel of een elektrische schok!
•
LETOP! Het apparaat niet openen of door geweld beschadigen. Er bestaat een risico op
lichamelijk letsel of een elektrische schok!
GEBRUIK
I
De kartelschroef (1) wordt met de hand vastgehouden. De moer (2) wordt met
de hand door een draai losgemaakt. Steek dan het hulpstuk in het steekgat (3).
Door een draai wordt de moer (2) weer vastgedraaid.
Apparaat met de kleine stekker (6) met de transformator (5) verbinden. Daarbij
II
op de juiste polen letten (+/-). Trafo aansluiten op het net. De controle lampen (8)
tonen een juiste aansluiting aan van de netspanning:
Stand 1 (3 V) en 2 (4,5 V) = lage snelheid
Stand 3 (6 V) en 4 (7,5 V) = snelheid tussen hoog en laag in
Stand 5 (9 V) en 6 (12 V) = hoge snelheid
III
Rechts draaien/Links draaien: apparaat aan handgreep aanzetten. In de middels-
te positie is het apparaat UIT.
GEBRUIKVANDEOPZETSTUKKEN
Tip: na een bad met warm water (event. met toevoegingen) zijn Uw handen en voeten makkelijker
te verzorgen. Uw nagels worden soapeler, selt wordt zachter en is makkelijk te verwijderen.
a
Spitse polijstift: om de nagels van Uw vingers en tenen te polijsten en korter
te maken. Ook geschikt voor kunstnagels.
b
Ronde polijststift: om eolt ean vingertoppen, tenen, hakken en ballen van Uw
voeten te verwijderen.
c
Polijstviltje: hiermee worden de nagels gepolijst voordat ze gelakt worden, zodat
er geen ongelijko plekken onistaan. Door het viltje regelmatig te gebruiken
voorkomt U dat de nagels afbreken of dat er scheurtjes in het oppervlak komen.
d
Diamanten frees: Om wratjes en eksterogen te verwijderen.
e
Diamanten frees: voor het behandelen van ingegroeide nagels. Verwijdert de
onestetische velletjes naast de nagels.
f
Diamanten frees: voor het weghalen van verharde huid op likdoorns en eksterogen.
g
Diamanten frees: om de nagels van Uw vingers en tenen te polijsten en korter
te maken.
h
Polijsthoedje met drager: om eolt ean tenen, hakken en ballen van Uw voeten te
verwijderen.
ONDERHOUDENREINIGING
Reinig het manicure-pedicure apparaat uitsluitend met een droge doek. Niet in water dompelen
of met oplos houdende middelen reinigen. De opzetstukken kunnen met water, zeep of een zachte
borstel gereinigd worden (met uitsluiting van vilt en borstel). Eventueel is afsluitend een desinfecte-
rings middel raadzaam. Laat de opzetstukken goed drogen, opdat geen roest plekken ontstaan! Het
apparaat is onderhouds vrij, ga er echter met zorg mee om.
REPARATIEADVIES
Opgelet! Zoals alle electrische toestellen mag dit toestel enkelworden toevertrouwd aan een
daartoe bevoegde persoon om alle verdere onaange-naamheden te vermijden.
AFVALVERWIJDERING
Dit product mag aan het einde van zijn levensduur niet in het normale huisafval verwijderd
worden. Het moet aan een verzamelpunt voor de recycling van elektrische en elektronische
apparaten afgegeven worden.