LET OP:
• De acculader model DC1411 is uitsluitend bestemd voor het laden van Makita accus. Gebruik deze nooit voor
andere doeleinden of voor het laden van accus van andere fabrikanten.
• Een nieuw accu of een accu dat gedurende lange tijd niet werd gebruikt, kan eventueel niet volledig worden
geladen. Dit is normaal en duidt niet op een defekt. Nadat de accu een paar keer volledig is ontladen, kunt
u het weer volledig laden.
• Wanneer u de accu van een zojuist gebruikt gereedschap laadt, of een accu dat voor langere tijd aan direct
zonlicht of hitte werd blootgesteld, gebeurt het wel eens dat het laadcontrolelampje in rood knippert. Wacht
in zo'n geval een tijdje. Het laden zal beginnen nadat de accu is afgekoeld. De accu zal sneller afkoelen indien
u het van de acculader verwijdert.
• Indien het laadcontrolelampje afwisselend in groen en rood knippert, wijst dit op een probleem en is laden niet
mogelijk. De klemmen op de acculader of op de accu zijn vuil of de accu is versleten of beschadigd.
Bijladen (Handhaven van de lading)
Wanneer u een volledig opgeladen accu in de lader laat zitten om spontaan ontladen te voorkomen, zal de lader
overschakelen naar de ''Bijladen (Handhaven van de lading)'' stand waardoor de accu vers en in volledig
opgeladen toestand wordt gehouden.
Wenken om een maximale levensduur van de accu te handhaven
1. Laad de accu op alvorens deze volledig is ontladen.
Stop het gebruik van het gereedschap en laad de accu op telkens wanneer u vaststelt dat het vermogen
van het gereedschap verminderd is.
2. Laad een volledig opgeladen accu nooit opnieuw op.
Wanneer u de accu te veel oplaadt, zal deze minder lang meegaan.
3. Laad de accu op bij een kamertemperatuur tussen 10°C en 40°C.
Laat een warme accu afkoelen alvorens deze op te laden.
4. Laad de nikkel-metaalhydride accu op wanneer u deze langer dan zes maanden niet gebruikt.
Instellen van de gewenste schroeflengte
(Fig. 3)
Er zijn 3 vergrendelbare schroeflengte-instellingen.
Om de gewenste instelling te krijgen, trekt u de
stopvoet naar buiten terwijl u de hendel naar beneden
drukt totdat het getal van de gewenste schroeflengte
(aangeduid op de plaat) net boven de bovenrand van
de behuizing komt te staan. Raadpleeg de onder-
staande tabel voor de verhouding tussen de getallen
aangeduid op de plaat en de overeenkomstige
schroeflengten.
Getal aangeduid
op de plaat
25/28
32
40
Instellen van de schroefdiepte (Fig. 4)
Druk de stopvoet zo ver mogelijk in. Houd hem in
deze positie en draai de regelknop tot de bitpunt
ongeveer 5 mm uit de stopvoet steekt. Draai een
testschroef in. Indien de schroefkop boven het
inschroefoppervlak uitsteekt, moet u de regelknop in
de ''A'' richting draaien; indien de schroefknop ver-
zonken zit, moet u de regelknop in de ''B'' richting
draaien.
Aanbrengen van de schroefstrip (Fig. 5 en 6)
Steek de schroefstrip door de schroefgeleider. Steek
hem vervolgens door de toevoerbox tot de eerste
schroef naast de inschroefpositie komt te zitten.
22
All manuals and user guides at all-guides.com
Schroeflengtebereik
(mm)
25 – 28
28 – 35
35 – 41
Verwijderen van de schroefstrip (Fig. 7 en 8)
Om de schroefstrip te verwijderen, trekt u hem
gewoon in de richting van het pijltje. Als u de omkeer-
knop indrukt, kunt u de schroefstrip in de omgekeerde
richting van het pijltje eruit trekken.
Draaghaak (Fig. 9)
De draaghaak is handig om het gereedschap tijdelijk
vast te haken. Hij kan aan de linker- of rechterzijde
van het gereedschap worden bevestigd. Om de
draaghaak te bevestigen of te verwijderen, moet u
deze verwijden door zijn onderste gedeelte in de
richting van het pijltje te drukken.
Werking van de trekschakelaar (Fig. 10)
LET OP:
Alvorens de accu in het gereedschap te plaatsen,
moet u altijd controleren of de trekschakelaar juist
werkt en bij het loslaten naar de ''OFF'' positie terug-
keert.
Om het gereedschap in te schakelen, drukt u gewoon
de trekschakelaar in. Om het gereedschap uit te
schakelen, de trekschakelaar loslaten.
Installeren van de sluitplaat (Fig. 11)
Installeer altijd de sluitplaat wanneer u accu's 1200,
1202 of 1202A gebruikt. Installeer de sluitplaat op het
gereedschap door middel van de bijgeleverde schroef
zoals afgebeeld in Fig. 11.
Bediening voor inschroeven (Fig. 12)
Schakel het gereedschap in door de trekschakelaar in
te drukken. Houd het gereedschap recht en stevig
tegen het inschroefoppervlak. Een schroef wordt
automatisch naar de inschroefpositie gebracht en
ingeschroefd.