vatenkiepers Ki 100/-200/-2002
1.1 Toepassing
Voor het opnemen, verplaatsen en wegzetten van vaten met een inhoud
van 100/200 liter voor werkplaatsen en industrie. Gebruik uitsluitend op
vlakke, vaste ondergrond met voldoende draagkracht
1.2 Inbedrijfstelling
Na het uitpakken controleren of alle onderdelen aanwezig zijn. Contro-
leren of de wielen en de sjorbanden goed bevestigd zijn.
1.3 Bediening
Uitsluitend recht opstaande vaten met de voor het apparaat voorziene
grootte van 100 resp. 200 Itr. opnemen. Kieper tegen het vat aanbren-
gen en rechtop plaatsen. Het vat aan, de naar de kieper toegekeerde
kant, bovenaan met de hand licht wegkantelen en de grijpstangen van
de kieper volledig onder de onderrand van het vat positioneren. Het vat
vervolgens op de grijpstangen laten neerzakken. Veiligheidssjorband
rondom het vat positioneren. Het vat vervolgens op de grijpstangen
laten neerzakken. Veiligheidssjorband rondom het vat leggen en via de
gesp aanspannen, zodanig dat het vat zich goed op de horizontale rol-
len bevindt Hefboom met vat-grijpklauw in de daarvoor bestemde pij-
phouder steken en zo plaatsen dat de klauw de vatrand vast omsluit,
zodat het vat niet kan wegglijden.
Kieper door middel van de hefboom in de horizontale positie kantelen,
daarbij rekening houden met de telkens door de wijzigende hefverhou-
dingen veranderende handkrachten. Door de hefboomwerking is gerin-
ge handkracht nodig. Hefboom wegnemen en de beladen kieper naar
de gewenste plek verrijden. Wees voorzichtig bij niet volledig gevulde
vaten, houdt rekening met zwaartepuntverplaatsingen bij klotsende
vloeistoffen!
Op de plaats waar het vat wordt gebruikt, dient u de beide zwenkwie-
len te blokkeren. Let op voldoende afstand ten opzichte van hellende
oppervlakken, laadperrons e.d.!
1.4 Onderhoud, instandhouding en controle
Het apparaat is nagenoeg onderhoudsvrij. Afhankelijk van plaats en
toepassing dienen de wielen, de hefboomhouder en de veiligheidssjor-
banden regelmatig te worden gecontroleerd op beschadigingen. Een
deskundige dient tenminste een keer per jaar te controleren of het
apparaat zich in een goede toestand bevindt Vastgestelde gebreken
moeten worden aangemerkt en reparatie dient te worden uitgevoerd.
Gebruiksaanwijzing
NL