Publicidad
7 . Elektrische aansluiting
F 36 82 954
Kabelbundel (r) volgens bovenstaande tekening in
bagaeruimtedeksel (2) monteren en met
bundelband (r1) bevestigen.
F 36 82 955
Dan kabelbundel (r) door de slang (1) heen trekken
en in de bagageruimte monteren.
Alleen auto's zonder check-control-module
De kabelbundel (r) van het derde remlicht
bestaat uit twee kabels. De ene leiding is geheel
bruin (min) en de andere blauw met rood
kabeldraad (plus).
F 36 82 956
De kabelbundel (r) verder tot naar de linker
achterlichteenheid monteren. Dan de centrale
stekker (1) van de linker achterlichteenheid
aftrekken. De bruine massakabel uit aansluiting 1
loskoppelen en de contrastekker afsnijden. Van
beide kabels van de kabelbundel (r) elk ca. 100mm
afsnijden. Bruin extra kabel (2) met de massakabel
van de auto verbinden. Contrastekker (t)
opkrimpen en weer in de aansluiting 1 van de
centrale stekker (1) steken.
Blauw-rode kabel uit aansluiting 7 loskoppelen,
contrastekker afsnijden, met blauw-rode extra
kabel (3) verbinden, contrastekker (t) opkrimpen en
weer in aansluiting 7 van de centrale stekker (1)
steken.
De einden van de extra kabels (2 en 3) van
contrastekkers (t) en contrastekkerhuizen (v)
voorzien. Aan de einden van de kabelbundel (r) een
pincontact (u) opkrimpen en van een pinhuis (w)
voorzien. Extra kabels (2 en 3) met kabels (3 en 4)
van de kabelbundel (r) verbinden.
Alleen dezelfde kabelkleuren samensteken.
Alleen auto's met check-control-module
De kabelbundel (r ) van het derde remlicht
bestaat uit twee kabels. De ene leiding is geheel
bruin (min) en de andere blauw met rood
kabeldraad (plus).
F 36 82 957
De bijgesloten extra kabelbundel (s) met
kabelschoen en contrastekker vanuit de
bagageruimte naar voren monteren. Op de
kabelbundel (r) van de achterspoiler de bijgesloten
pincontacten (u) opkrimpen. Nu de kabel (blauw
met rood kabeldraad) van de kabelbundel (r) in het
bijgesloten contrastekkerhuis (x) op aansluiting 2
en de kabel (bruin) van de kabelbundel (r) in
aansluiting 1 steken. Nu de stekker (x) met de
stekker (1) van de extra kabelbundel (s) verbinden.
F 36 82 958
Kabelschoen (1) van de extra kabelbundel (s) op
massasteunpunt (2) schuiven en met moer (3)
bevestigen. De overige extra kabelbundel langs de
instap verder in de richting van het
instrumentenboard (check-control-module)
monteren.
F 36 82 961
Extra kabelbundel (s) tot de check-control-module
(onder de stuurkolom) monteren. Zwarte stekker (1)
van de check-control-module losmaken en
contrastekker (2) op aansluiting 14 aansluiten.
Bij auto's met een standaard resp. naderhand
ingebouwd derde BMW remlicht is aansluiting 14
bezet. In dit geval moet de kabel uit aansluiting 14
worden getrokken en door contrastekker (2) van de
extra kabelbundel (s) worden vervangen. De
afgetrokken kabel isoleren en wegbinden.
8. Stilleggen van het aanwezige
derde remlicht
Bij auto's met een reeds aanwezig derde remlicht
moet dit in ieder geval worden stilgelegd, anders
vervalt de bedrijfsvergunning van uw auto.
Auto's met check-control-module en standaard
resp. naderhand ingebouwd derde BMW remlicht
Bij deze auto's wordt door het verwijderen van de
aanwezige kabel van aansluiting 14 (zie afbeelding
F 36 82 961) automatisch het derde remlicht buiten
werking gezet.
Auto's zonder check-control-module en
standaard resp. naderhand ingebouwd derde
BMW remlicht
F 36 82 962
Bij deze auto's moet de gloeilampfitting (1) van de
kant van de bagageruimte worden weggenomen
en buiten de auto worden bewaard.
Auto in omgekeerde volgorde weer in elkaar
zetten.
21
Publicidad
