Nederlands
*DE VOLGENDE CONTROLES MOETEN WORDEN
UITGEVOERD:
1. TILARM: controleer de bevestiging van de tilarm aan de mast. Vergewis u
ervan dat de tilarm slechts minimaal zijwaarts kan bewegen en dat de tilarm
vrij kan roteren op de lagers.
2. BEVESTIGINGSPUNTEN VAN DE TILBAND: Controleer de haken en
bevestigingsclips van de tilband op het tiljuk en de mast op overmatige slijtage.
3. MAST: controleer de werking van het mastvergrendelelement. Controleer
of de mast volledig in de opening zakt. Controleer de servomotor aan de
onderkant van het toestel.
4. ACTUATOR: De actuator vereist geen ander onderhoud dan controle op een
juist functioneren en luisteren naar ongebruikelijke geluiden.
5. KNIEKUSSEN: Controleer of de versteller van het kniekussen goed is
vastgemaakt.
6. SMART MONITOR: Controleer de werking van de noodstopknop. Controleer
of het contact van de handbediening goed is geplaatst. Controleer of de
handbediening correct functioneert. Controleer de extra bedieningsknoppen
en stel vast of ze functioneren zoals bedoeld. Het MINIMALE gewicht dat
nodig is om de lift handmatig naar beneden te brengen via het mechanische
noodmechanisme is 30 kg.
7. ACCU'S: de accu's bevinden zich in het accupak en vereisen buiten het
regelmatig opladen zoals beschreven in de oplaadinstructies geen ander
onderhoud. Controleer of de aansluitingen schoon zijn.
8. ACCU'S (OPLADEN): Stel vast of de tillift geen alarmsignaal voor lage-
accuspanning afgeeft wanneer de handbediening wordt gebruikt. Als het
alarmsignaal klinkt, gebruik de tillift dan niet en plaats de accu direct op de oplader.
9. AFSTELLEN ONDERSTEL: controleer of het onderstel volledig spreidt en sluit
10. ZWENKWIELEN: controleer of alle zwenkwielen goed aan het onderstel
bevestigd zijn. Controleer of de zwenkwielen vrij zwenken en draaien.
11. REINIGING: reinig met gewone zeep en water en/of desinfectiemiddel voor
harde oppervlakken. Vermijd agressieve chemische schoonmaakmiddelen of
schuurmiddelen. Deze kunnen de afwerking van de tillift beschadigen. Maak
de elektrische onderdelen niet nat.
12. BELASTINGTEST: De belastingtest moet worden uitgevoerd in over-
eenstemming met de testprocedures van de fabrikant en de richtlijn zoals
beschreven in EN ISO 10535:2006 - Bijlage B - Periodieke inspectie B1 -
waarvan hieronder een uittreksel wordt gegeven. Het wordt sterk aanbevolen
de test door een erkende servicedealer te laten uitvoeren.
13. VOETSTUK EN ONDERSTEL: zorg ervoor dat het onderstel gelijk en vlak is
(alle vier de wielen op de grond).
14. TILBANDEN: controleer op slijtage en rafelen.
15. SMERING: smeer de draaigewrichten waaronder mast- en
tilarmverbindingen, pedaalelementen, jukgewricht (alleen indien nodig).
16. HANDBEDIENING: zorg dat deze goed aan het bedieningspaneel verbonden is
Oxford
®
Elevate
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
ü
135