Vereenvoudigde dichtheidscontrole
Bij iedere vervanging van de gasfles en na een langdurige periode van stilstand de
gasflesinstallatie op dichtheid controleren.
1. De gasflessenventielen aan de bedrijfs- en reservekant zijn gesloten.
2. De visuele weergave van het type AUV is ROOD.
3. De gastoevoer naar de aangesloten verbruiker(s) is afgeslote.
4. Open de gasflessenventielen aan de bedrijfs- en reservezijde.
5. Het visuele weergave type AUV wisselt van ROOD naar GROE.
6. Sluit de gasflessenventielen aan de bedrijfs- en reservezijde.
veranderen (van GROE naar ROOD), zo niet is de gasflesinstallatie ondicht!
De vereenvoudigde dichtheidscontrole is geen vervanging voor de drukcontrole en controle
op dichtheid van de installatie met vloeibaar gas door deskundigen.
Testaansluiting voor dichtheidscontroletoestel
In het kader van de drukcontrole en controle op dichtheid van de installatie met vloeibaar gas
kan aan de testaansluiting
8. Spuit alle aansluitingen in met een schuimvormend middel conform EN 14291
(bijv. lekzoekspray, bestelnr. 02 601 00).
9. Controleer op dichtheid door te letten op bellen in het opgespoten
schuimvormend middel.
10. Kap
weer op schroeven.
INBEDRIJFSTELLING
Het product kan meteen in MONTAGE en DICHTHEIDSCONTROLE direct in gebruik worden
genomen.
52 / 170
Visuele weergave type AUV mag binnen 15 minuten niet
een dichtheidscontroletoestel aangesloten worden.
1. Alle afsluitarmaturen van de aangesloten
verbruikers sluiten.
2. Flesventielen sluiten.
3 Kap van de testaansluiting
4 Testslang op de testaansluiting
5 Testventiel
dient niet om het systeem "af te sluiten"!
6. Controle op dichtheid met 150 mbar uitvoeren.
7. Na uitgevoerde controle het testslang eraf
schroeven en de controleventiel
weer in de stand 'OPEN' draaien.
Caramatic DriveTwo
eraf schroeven.
in de stand 'DICHT' draaien.
Artikel-Nr. 71 825 50 a
aansluiten.