NEDERLANDS
14 STORINGEN
14�1 DE KACHEL WERKT NIET
• volg
nauwkeurig
desbetreffende hoofdstuk in deze handleiding;
• controleer of het luchtinlaatkanaal niet verstopt is;
• controleer of het systeem voor afvoer van rookgassen
schoon en niet verstopt is;
• controleer of het rookafvoerkanaal geschikt is voor het
vermogen van de kachel;
• controleer of de luchtinlaat in de ruimte vrij
is van belemmeringen en of er geen andere
verbrandingstoestellen of afzuigkappen zijn die de
ruimte in onderdruk brengen;
14�2 MOEIZAME ONTSTEKING
• volg
nauwkeurig
desbetreffende hoofdstuk in deze handleiding;
• controleer of het luchtinlaatkanaal niet verstopt is;
• controleer of het systeem voor afvoer van rookgassen
schoon en niet verstopt is;
• controleer of het rookafvoerkanaal geschikt is voor het
vermogen van de kachel;
• controleer of de luchtinlaat in de ruimte vrij
is van belemmeringen en of er geen andere
verbrandingstoestellen of afzuigkappen zijn die de
ruimte in onderdruk brengen.
14�3 ROOKLEKKAGE
• Controleer de trek van het rookafvoerkanaal.
• Controleer of de pakkingen op de deur, op de aslade en
op het systeem voor afvoer van rookgassen in intacte
staat zijn.
• Controleer of de as niet het primaire luchtrooster
blokkeert.
14�4 HET RUITJE WORDT SNEL VIES
• Gebruik alleen de aanbevolen brandstoffen.
• Controleer de trek van het rookafvoerkanaal.
14�5 BUITENDIENSTSTELLING (EINDE
SEIZOEN)
Aan het einde van het seizoen wordt geadviseerd om
eventuele as-en stofresten uit de kachel te verwijderen.
Daarbij wordt geadviseerd om de pellets in het reservoir
op te maken om zo de pelletresten en het zaagsel van
de bodem van het reservoir en van de toevoerschroef te
kunnen zuigen.
Koppel de kachel los van de elektrische voeding.
In het geval van een thermokachel of ketel is het
niet noodzakelijk om het water te verwijderen, maar
aangeraden wordt om de afsluitkleppen bij de ingang en
bij de uitgang te sluiten bij lange perioden van inactiviteit.
100
hetgeen
is
vermeld
in
hetgeen
is
vermeld
in
15 VERWIJDERING AAN
HET EINDE VAN DE
LEVENSDUUR
het
15�1 WAARSCHUWINGEN VOOR DE
CORRECTE VERWIJDERING VAN HET
PRODUCT
De sloop en de verwijdering van de kachel komt
uitsluitend ten laste en voor verantwoordelijkheid van de
eigenaar die moet handelen met inachtneming van de
wetten betreffende veiligheid en milieubescherming die
van kracht zijn in het eigen Land.
Aan het einde van zijn nuttige levensduur mag het product
niet samen met het stedelijk afval worden verwijderd.
het
Het kan worden afgeleverd bij de speciale centra voor
gescheiden afvalinzameling van de gemeente, of bij de
dealers die deze service bieden.
Gedifferentieerde afvalverwijdering van het product zorgt
ervoor dat mogelijk negatieve gevolgen voor het milieu en
voor de gezondheid worden vermeden als gevolg van een
onjuiste afvoer en maakt het mogelijk oma materialen
waarmee het product is samengesteld te herwinnen om
een aanzienlijke besparing van energie en hulpbronnen te
verkrijgen.
In de onderstaande tabel en de bijbehorende
explosietekening (alleen ter illustratie) worden de
belangrijkste componenten aangegeven die zich in het
apparaat kunnen bevinden evenals de aanwijzingen voor
een correcte scheiding en verwijdering ervan aan het
einde van de levensduur.
Met name de elektrische en elektronische componenten
moeten worden gescheiden en verwijderd bij de bevoegde
gespecialiseerde afvalinzamelcentra in overeenstemming
met de richtlijn AEEA 2012/19/EU en de gerelateerde
nationale omzettingen.