De juiste werking is niet gegarandeerd.
Montagerichting in acht nemen (deze is herkenbaar aangegeven op het product
met een pijl)
Schroefverbindingen
verstikkingsgevaar! Draaien van het product kan leiden tot ontsnappen van gas.
Het product na de montage en tijdens het aandraaien van de aansluitingen niet meer
draaien!
Aandraaien van aansluitingen alleen in volledig drukloze toestand!
bij een nieuwe montage vervangen worden! Let erop dat de afdichtingen juist in de fitting
liggen en de aansluitingen stevig aangespannen zijn.
Aansluiten en leggen van slangleidingen
Slangleidingen zo aansluiten, dat mechanische, thermische en chemische belastingen
voorkomen worden:
mechanische belasting: bijv. slangleiding niet over scherpe randen trekken
thermische inwerking: bijv. open vlammen, stralingswarmte vermijden
chemische inwerking: bijv. vetten, olies, bijtende stoffen vermijden
Slangleidingen spanningsvrij monteren (geen buig- en trekspanning of torsie).
Slangleidingen zo leggen, dat uw verbindingen niet onverhoeds los kunnen raken.
Aansluitingen aan de drukregelaar met neerwaartse helling 90° voorkomen dat de
slangleiding knikt. Neem de van toepassing zijnde nationale installatievoorschriften voor
installaties met vloeibaar gas in acht.
voor hoge druk worden gebruikt!
Bevestigingsmateriaal
Beschadiging van het product door te sterk optredende krachten!
Kan tot ondichte verbindingen leiden.
Bevestigingen moeten zodanig gedimensioneerd en met de wand van het voertuig
verbonden zijn dat ze enerzijds stabiel vastzitten en anderzijds de optredende krachten
veilig kunnen afleiden.
Er horen geen krachten op het product in te werken.
DICHTHEIDSCONTROLE
De installatie met vloeibaar gas moet vóór de eerste inbedrijfstelling, in het kader van
bewakings- en onderhoudswerkzaamheden, vóór een nieuwe inbedrijfstelling en na
aanzienlijke wijzigingen en reparatiewerkzaamheden door een deskundige* op dichtheid
gecontroleerd worden. Zie KWALIFICATIE VAN DE GEBRUIKERS!
EN 1949 in acht nemen.
Neem de van toepassing zijnde nationale installatievoorschriften voor installaties met
vloeibaar gas in acht.
Artikel-Nr. 71 923 50
Beschadiging van het product door onjuiste inbouwrichting!
Bij ondichte aansluitingen bestaat explosie-, brand- en
De afdichtingen aan de ingangsaansluitingen (indien aanwezig) moeten
Voor de aansluiting op de gasflessen moeten geschikte slangleidingen
Caramatic ProTwo
43 / 145