Sproeidruk
1,5 bar
2,0 bar
3,0 bar
▸
Wanneer de druk in het sproeiapparaat 0,5 bar
of meer onder de optimale waarde daalt, pompt
u iets na.
Opmerking
Wanneer uit het mondstuk met lucht
vermengde vloeistof naar buiten komt, is
het reservoir leeg.
Storing
In het apparaat wordt geen
druk opgebouwd.
Er dringt vloeistof uit de pomp. Ventielschijf [15] vervuild of de-
Zuigermanometer geeft geen
reservoirdruk aan, veiligheids-
ventiel ontlucht te vroeg.
Mondstuk sproeit niet, er is
echter druk voorhanden.
Afstelventiel sluit niet.
Vloeistof treedt zonder bedie-
ning van de hendel uit.
46
Sproeihoeveelheid
bij mondstuk met
vlakke straal (eer-
ste uitrusting)
0,56 l/min
0,65 l/min
0,80 l/min
Storingen
Oorzaak
Pomp niet vastgeschroefd.
O-ring [13] aan de pomp de-
fect. (afb. 14)
Manchet [14] defect. (afb. 15)
fect. (afb. 16)
Zuigermanometer [16] de-
fect. (afb. 17)
Filter [18] (afb. 19) of/en mond-
stuk [17] (afb. 18) verstopt.
O-ring [23] van de drukpen [24]
niet ingevet/gesmeerd. (afb. 21).
Drukpen [24] of O-ring [23] de-
fect. (afb. 21)
Na gebruik
Opmerking
Neem de aanwijzingen in het hoofdstuk
„Veiligheid" in acht.
Laat nooit vloeistof in het apparaat.
▸
Trek de rode knop van de zuigermanometer [8]
zo lang omhoog, tot de container drukloos is.
(afb. 3)
▸
Vergrendel de zuigerstang met greep [10].
(afb. 4)
▸
Schroef de pomp [2] uit de container. (afb. 5)
▸
Verdun de resthoeveelheid tweemaal achter
elkaar met 1/2 liter water en sproei deze vloeistof
op het behandelde oppervlak.
▸
Veeg het apparaat met een vochtige doek vanaf
▸
Voor het drogen en opslaan bewaart u con-
tainer [1] en pomp [2] gescheiden in een droge,
tegen zon beschermde en vorstvrije omgeving.
(afb. 12)
▸
Reinig na gebruik de veiligheidsuitrus-
ting.
Oplossing
Pomp vast inschroeven.
O-ring vervangen.
Manchet vervangen.
Ventielschijf reinigen of vervangen.
Zuigermanometer vervangen.
Filter of/en mondstuk reinigen.
O-ring van de drukpen invetten
(afsluitventiel uit elkaar halen resp.
montage)
Drukpen of O-ring vervangen.