ST T 92 Serie Guía Rápida De Uso página 245

PROBLEEM
12. De snij-inrichtingen
schakelen zich niet
in of stoppen niet
onmiddellijk wanneer
ze uitgeschakeld
worden
13. Onregelmatig maaien
en onvoldoende
opvang (enkel
voor modellen met
opvang achteraan)
14. Onregelmatig maaien
(enkel voor modellen
met zijdelingse aflaat)
15. Vreemde trillingen
tijdens het werk
16. Onzekere of niet
werkzame remming
17. Onregelmatige
beweging, weinig
tractie bij stijging
of neiging van
de machine om
op te trekken
18. Wanneer het
aandrijfpedaal
wordt ingedrukt bij
draaiende motor,
beweegt de machine
niet vooruit
19. De machine begint
abnormaal te trillen
OPMERKING Als de problemen aanhouden nadat de be-
schreven oplossingen zijn toegepast, contacteer dan uw ver-
koper.
MOGELIJKE OORZAAK
riem gelost
problemen met de
elektromagnetische koppeling
de maaigroep staat niet evenwijdig
ten opzichte van het terrein
ondoeltreffendheid van
de maai-inrichtingen
de rijsnelheid is te hoog ten opzichte
van de hoogte van het gras
het kanaal is verstopt
de maaigroep staat niet evenwijdig
ten opzichte van het terrein
ondoeltreffendheid van
de maai-inrichtingen
de maaigroep zit vol met gras
de maai-inrichtingen zijn uit
balans of losgekomen
bevestigingen gelost
rem niet correct geregeld
problemen aan de riem of aan
het koppelingssysteem
ontgrendelingshendel in stand
voor transmissie ontgrendeld
beschadiging of losgekomen delen
contacteer uw Verkoper
contacteer uw Verkoper
controleer de bandenspanning (par. 5.1)
herstel de uitlijning van de maaigroep
ten opzichte van het terrein
contacteer uw Verkoper
neem in snelheid af en/of zet de snijgroep
in een hogere stand (par. 5.4)
wacht tot het gras droog is
verwijder de opvangzak en maak hem leeg
controleer de bandenspanning (par. 5.1)
herstel de uitlijning van de maaigroep
ten opzichte van het terrein
contacteer uw Verkoper
reinig de snijgroep (par. 6.3)
contacteer uw Verkoper
controleer en draai de bevestigingsschroeven
van de motor en het chassis goed vast
contacteer uw Verkoper
contacteer uw Verkoper
breng de hendel weer naar de stand voor
transmissie ingeschakeld (hfdst. 4)
stop de machine en haal de contactsleutel weg
controleer eventuele beschadigingen
controleer of delen losgekomen
zijn en schroef ze weer vast
voer de controles, vervangingen
of herstellingen uit bij een
Gespecialiseerd Centrum
OPMERKING Voor andere problemen die niet zijn vermeld
in de tabel moet u onmiddellijk een erkend dienstcentrum con-
tacteren.
NL - 12
OPLOSSING