Veiligheidsinformatie
• beperkend is voor de vering, stuuraf-
stand of bediening van elementen,
of verlichting of re ectoren aan het
zicht onttrekt.
• Accessoires die zijn aangebracht op
het stuur of de voorvork kunnen
instabiliteit veroorzaken vanwege
een onjuiste gewichtsverdeling of
veranderingen in de aerodynamica.
Als accessoires aan het stuur of de
voorvork worden toegevoegd, mo-
eten ze tot een minimum worden
beperkt;
• Onhandige of grote accessoires
kunnen grote invloed op hebben
op de stabiliteit van de motor ets
vanwege aerodynamische e ecten.
De wind kan proberen de motor ets
op te stuwen of de motor ets wordt
mogelijk instabiel bij zijwind. Deze
accessoires kunnen ook leiden tot
instabiliteit tijdens het passeren van
grote voertuigen;
• Bepaalde accessoires kunnen zor-
gen dat de bestuurder afwijkt van
zijn of haar normale rijpositie. Deze
onjuiste positie beperkt de bewe-
gingsvrijheid van de bestuurder en
NL
kan de bestuurbaarheid beperken.
Dergelijke accessoires worden daa-
rom niet aanbevolen;
1
• Wees voorzichtig tijdens het toevo-
egen van elektrische accessoires. Als
elektrische accessoires de capaciteit
van het elektrische systeem van de
motor overschrijden, kan dat resul-
teren in een elektrische storing, wat
kan leiden tot een gevaarlijke sto-
ring in de verlichting of het motor-
vermogen.
After-market-banden en -velgen
De standaardbanden en -velgen op uw
motor ets werden zo ontworpen dat ze
overeenkomen met de prestaties en de
beste combinatie bieden van bestuurba-
arheid, remprestaties en comfort.
Andere banden, velgen, maten en combi-
naties zijn mogelijk niet toereikend. Raa-
dpleeg pagina 6-16 voor de bandenspeci-
caties en voor meer informatie over het
vervangen van uw banden.
De motor ets vervoeren
Raadpleeg de volgende instructies voor-
dat u de motor ets vervoert in een ander
voertuig.
• Verwijder alle losse voorwerpen van
de motor ets;
• Controleer of de brandstofkraan (in-
dien aanwezig) op '
er geen brandstof lekt;
• Richt het voorwiel recht op de
aanhangwagen of vrachtwagen-
vloer en zet het vast in een rail om
bewegingen te voorkomen;
• Zet de motor ets in een versnelling
1 - 4
(voor handgeschakelde modellen);
• Maak de motor ets vast met sjor-
banden of geschikte riemen die zijn
bevestigd aan de vaste onderdelen
van de motor ets, zoals het frame
of de bovenste drieklem van de vo-
orvork (en bijvoorbeeld niet aan het
rubber van een stuur, aan de richtin-
gaanwijzers of aan onderdelen die
kunnen breken). Kies de locatie voor
de banden zorgvuldig, zodat deze
niet schuren tegen gelakte onderde-
len tijdens het vervoer;
• De vering kan iets omlaag worden
geduwd door de sjorbanden (indien
mogelijk), zodat de motor ets niet
overmatig veert tijdens het vervoer.
' staat en of