HET OPVANGEN VAN STROOMSTORINGEN
OPMERKING
De afstandsbediening is uitgerust met een functie voor het opvangen van stroomstoringen. U kunt deze functie
activeren. (In de fabriek wordt de functie uitgeschakeld.)
Raadpleeg hiervoor de verkoper.
Wat betekent het opvangen van stroomstoringen?
G Met de functie voor het opvangen van stroomstoringen zorgt u ervoor dat na een stroomstoring of het
uitschakelen van de netstroom de airconditioner - na het herstel van de stroomvoorziening - verder gaat op het
punt waarop de stroom werd onderbroken. Als de airconditioner op het moment van de stroomstoring was
uitgeschakeld, blijft deze uitgeschakeld als de stroomstoring voorbij is.
G U moet echter met de afstandsbediening het volgende opnieuw instellen:
1. de tijdklok —— want die is tijdelijk uitgevallen;
2. automatisch zwenken (bij afstandsbedieningen met deze functie), de swingflap wordt vastgezet in de
horizontale stand.
VERZOEK
Als u de functie voor het opvangen van stroomstoringen gebruikt, moet u de netstroom pas uitschakelen nadat u
de airconditioner hebt uitgeschakeld.
(Als u de netstroom uitschakelt terwijl de airconditioner actief is, zal zodra u de netstroom weer inschakelt de ventila-
tor van het binnenapparaat gaan draaien en begint ongeveer drie minuten later het buitenapparaat te werken.)
DE INGESTELDE TEMPERATUUR VASTLEGGEN
OPMERKING
Met de hierna beschreven stappen legt u de ingestelde temperatuur vast. Nadat u de temperatuur hebt vastgelegd,
kan deze niet meer met de instellingsknoppen op de afstandsbediening worden gewijzigd.
1
REMOTE
COOL
I
FAN
1
SE T TEMP
HI
O
C
O
C
2
FAN
FILTER
TIMER
MODE
RESET
SPEED
TEMP
TIME
AUTO
SET
CHECK
SWING
3
3 2
OPMERKING
G Vrijgeven : druk drie seconden lang op de instellingsknop terwijl de
airconditioner is ingeschakeld.
G Als u de knoppen voor het instellen van de temperatuur indrukt terwijl de
temperatuur is vastgelegd, knippert de temperatuuraanduiding
gedurende vier seconden.
Als de airconditioner is uitgeschakeld:
Druk op de aan/uit-knop om de airconditioner in te
schakelen.
Druk op de knop voor het instellen van de temperatuur.
Stel de temperatuur die u voor het apparaat wilt vastleggen in
met de knoppen
en
.
Druk drie seconden lang op de instellingsknop.
Hiermee legt u de ingestelde temperatuur vast.
ALS HET CONTROLELAMPJE ( ROOD ) KNIPPERT
Nummer
I Er is iets mis met de airconditioner.
airconditioner
Foutcode
G De airconditioner wordt uitgeschakeld op het moment dat het
E
[
~
]
[
~]
controlelampje gaat knipperen.
G Het nummer van de airconditioner wordt weergegeven in plaats van de
tijd, en het nummer van de fout in plaats van de ingestelde temperatuur.
Alle andere aanduidinglampjes gaan uit en de rest van de weergave
wordt inactief.
I
I Neem contact op met de verkoper en geef de foutcode, de status
E
tijdens de storing, het type airconditioner en de modelnaam van het
apparaat door
G Druk op de aan/uit-knop om het apparaat uit te schakelen.
FAN
FILTER
TIMER
MODE
RESET
SPEED
TEMP
TIME
AUTO
SET
CHECK
SWING
ALS DE FILTERAANDUIDING WORDT WEERGEGEVEN
Als de totale werkingsduur van de airconditioner de 600 uur overschrijdt,
wordt de filteraanduiding weergegeven om aan te geven dat het filter moet
worden schoongemaakt. Als er na acht uur geen actie is ondernomen,
COOL
REMOTE
I
begint de aanduiding te knippesen.
FAN
SE T TEMP
HI
°C
I Maak het filter schoon als de filteraanduiding wordt weergegeven.
°C
Zie pagina 57.
FAN
FILTER
TIMER
MODE
RESET
SPEED
TEMP
TIME
G Nadat u het filter hebt schoongemaakt, drukt u op de reset-knop om de
AUTO
SET
CHECK
SWING
filteraanduiding uit te schakelen. De totale werkingsduur wordt gereset
(gewist).
VOORBEREIDING OP VERWARMEN ( HOT KEEP )
In de volgende gevallen wordt "HOT KEEP" weergegeven
In de volgende gevallen wordt op de afstandsbediening "HOT KEEP" weergegeven.
G Als het verwarmen begint:
Om de uitstoot van koele lucht te voorkomen, wordt de ventilator van het
binnenapparaat gestopt als de kamertemperatuur het niveau bereikt waarop moet
worden verwarmd. Na ongeveer 2 tot 3 minuten wordt overgeschakeld op de normale
verwarmingsmodus.
G Ontdooien (tijdens verwarmen):
Als er water aanvriest, wordt voor het ontdooien het verwarmen automatisch
ongeveer eens per uur 5 tot 10 minuten onderbroken (de ventilatoren van zowel het
binnen- als het buitenapparaat stoppen). Nadat het ontdooien is voltooid, wordt er
weer automatisch teruggeschakeld naar normaal verwarmen.
G Als de kamerthermostaat wordt geactiveerd:
Als de kamertemperatuur stijgt en de thermostaat wordt geactiveerd, wordt de
ventilatiesnelheid automatisch teruggebracht tot LO.
Als de kamertemperatuur daalt, schakelt de airconditioner automatisch over op
normaal verwarmen.
Als HOT KEEP is
weergegeven, wordt
de ventilatiesnelheid
door een microcom-
puter bijgehouden om
te voorkomen dat
koude lucht wordt
uitgeblazen.
59