BESCHRIJVING
De nummers in de tekst verwijzen naar de
afbeeldingen op pagina 2.
Afb. A (Torenventilator)
Afb. B (Bediening torenventilator)
1. Aan/uit-knop
2. Knop voor snelheidsregeling
3. Knop voor luchtstroom
4. Timer-knop
5. Oscillatieknop
6. Indicatielampjes luchtstroominstelling
7. Indicatielampjes snelheidsinstelling
8. Indicatielampje oscillatie
9. Indicatielampje temperatuur
10. Indicatielampje timer
11. Display
Afb. C (Afstandsbediening)
1. Aan/uit-knop
2. Knop voor snelheidsregeling
3. Knop voor luchtstroom
4. Timer-knop
5. Oscillatieknop
3. MONTAGE
Torenventilator (Afb. D)
• Neem de twee delen van de sokkel uit de
verpakkingsdoos en lijn de twee gaten in de
sokkel uit en verbind de delen. Goed in een
sokkel gemonteerd. (1)
• Verwijder de sokkelmoer van de ventilator. (2)
• Steek het netsnoer in de gemonteerde
sokkelsleuf, lijn de onderkant van de ventilator
uit met het middelste gat in de sokkel en de
drie schroefkopgaten, installeer de sokkel in de
juiste richting op de behuizing.
• Zet de moer vast. (3)
Opmerking: Zet de ventilator tijdens het
installeren van de voet ondersteboven op het
verpakkingsschuim of een ander zacht oppervlak,
om krassen te vermijden.
Afstandsbediening (Afb. E)
De afstandsbediening gebruikt één
knoopcelbatterij, model nr. BR2025 (3 V). We raden
het gebruik van een lithiumbatterij aan, voor langer
gebruik.
WWW.VONROC.COM
Opmerking: Volg de instructies voor het verwijderen
van de batterij op de batterijverpakking of neem
contact op met uw plaatselijk gemeentebestuur
voor het veilig verwijderen van batterijen.
4. GEBRUIK
Controleer het apparaat vóór gebruik op
beschadiging en gebruik het alleen in
goede staat.
De torenventilator starten
• Steek het netsnoer in een stopcontact. Het
product staat in de stand-bymodus, het aan/
uit-lampje is aan.
Werking van het bedieningspaneel (Afb. B)
• Zet op de knop "AAN/UIT" (1) op de
bedrijfsstatus, druk er opnieuw op om naar de
stand-bymodus over te schakelen.
• Snelheidsknop (2): druk op de knop om te
wisselen tussen hoge, gemiddelde of lage
ventilatorsnelheid. De snelheidsindicatie (7) zal
de instelling weergeven.
• Oscillatieknop (5): Druk op de oscillatieknop
om de torenventilator te laten draaien. Het
indicatielampje voor oscilleren (8) zal gaan
branden. Druk er opnieuw op om het te
deactiveren.
• Luchtstroomknop (3): Druk op de modusknop
om te wisselen tussen de 3 modi 'Natuurlijke
luchtstroom', 'Nachtmodus' en 'Normale
windstroom'.
• Timerknop (4): De timer kan worden ingesteld
tussen 0 uur en 15 uur. Het scherm zal de
momenteel ingestelde duur weergeven. Het
indicatielampje voor de timer (10) zal gaan
branden.
• Het scherm zal na 60 seconden automatisch
uitschakelen.
Werking van de afstandsbediening (Afb. C)
• Zet op de knop "AAN/UIT" (1) op de
bedrijfsstatus, druk er opnieuw op om naar de
stand-bymodus over te schakelen.
• Snelheidsknop (2): druk op de knop om te
wisselen tussen hoge, gemiddelde of lage
ventilatorsnelheid.
• Oscillatieknop (5): Druk op de oscillatieknop
om de torenventilator te laten draaien. Het
indicatielampje voor oscilleren (8 op Afb. B) zal
NL
13