Schaven
1. Rust de voorvoet (11) plat op het werkstuk zonder dat
de bladen in contact komen met het werkstuk
2. Schakel de machine in en wacht tot de bladen de volle
snelheid bereikt hebben
3. Beweeg de machine langzaam voorwaarts waarbij
u aan het begin van de schaafsnede druk op de
voorzijde van de machine uitoefent met één hand op
het voorhandvat (1) en druk op de achterzijde van de
machine, aan het eind van de schaafsnede uitoefent
met de andere hand op het hoofdhandvat (5)
Let op: Het is belangrijk te begrijpen dat de voorvoet (11)
de hoeveelheid blad op het werkstuk bepaald, wat druk op
zowel de voor- als achtervoet vereist
4. Duw de machine voorbij het einde van het werkstuk
zonder deze omhoog of omlaag te kantelen
Tip: Behandel het werkstuk alsof het iets langer is dan het
werkelijk is, waardoor de schaafsnede op de juiste manier
wordt afgemaakt
5. De schaafsnelheid en schaafdiepte bepalen de
kwaliteit van de schaafsnede. Voor grove schaaf-
sneden kan de schaafdiepte vergroot worden. Voor
een fijne afwerking vermindert u de schaafdiepte en
beweegt u de machine langzaam vooruit
Let op: Schaven is gemakkelijk wanneer u het werkstuk
licht van u af kantelt zodat u "naar beneden" schaaft
WAARSCHWUING: De schaafmachine is erg zwaar wat
verticaal gebruik erg onpraktisch maakt
LET OP: Het te snel voorwaarts bewegen van de machine
resulteert mogelijk in een slechte schaafkwaliteit en kan
de bladen en de motor beschadigen. Het te langzaam
voorwaarts bewegen van de machine brand of markeert
mogelijk de schaafsnede
• De juiste snelheid hangt af van het te schaven materi-
aal en de schaafdiepte
• Oefen op een stuk afvalmateriaal voor de juiste schaaf-
snelheid en –diepte
LET OP: Houdt de schaafmachine te allen tijde met beide
handen vast
LET OP: Klem het werkstuk wanneer mogelijk op de
werkbank vast
Afschuinen
1. Voor het maken afschuiningen als afgebeeld in Fig.1,
lijnt u de V-groef (Fig.2) in de voorvoet(11) met de
hoek-rand van het werkstuk uit
2. Beweeg de machine over de rand
Fig. 1. Afgeschuinde rand
Fig2. V-groef in voorvoet
1
366649_Z1MANPRO2.indd 17
Combinatie parallel-/afschuiningsgeleider
LET OP: Zorg ervoor dat de schaafmachine is
uitgeschakeld en ontkoppeld is van de stroombron voordat
enige aanpassingen gemaakt worden
1.
1. Bevestig de combinatie parallel-/afschuiningsgeleider
(20) op de voet door de bevestigingsknoppen (21) op de
bevestigingspunten (7 en 10) te schroeven
2. Draai de twee vleugelmoeren los en stel de hoek
van de geleider als gewenst voor het maken van de
schaafsneden
3. De geleider dient als ondersteuning bij het onder
controle houden van de schaafmachine
Let op: De geleider kan aan
beide zijden van de voet bevestigd
worden
Let op: De hoekgradaties op de
geleider zijn enkel te gebruiken
als hulplijn. Voor nauwkeurige
schaafsneden meet u de hoek
van de geleider, maakt u een
oefensnede en past u de hoek
wanneer nodig aan
Stofontginning
1. De stofpoort (18) is mogelijk op
een ontginningssysteem aan te
sluiten
2. Het gebruik van de adapter (19)
creëert een ontginningssysteem
dat aangesloten kan worden op
de stofpoort
3. Plaats de adapter in de stofpoort en draai deze rechtsom
4. Let op: Het is aangeraden gebruik te maken van een
stofzuiger of ander ontginningssysteem. De machine
produceert tijdens gebruik een grote hoeveelheid
afvalmateriaal
Het afnemen en bevestigen van schaafbladen
LET OP: Zorg ervoor dat de schaafmachine is uit-
geschakeld en ontkoppeld is van de stroombron voordat
enige aanpassingen gemaakt worden
2
Uw schaafmachine is voorzien van omkeerbare bladen. De
bladen kunnen wanneer bot omgedraaid worden. Wanneer
beide zijden van de bladen bot zijn vervangt u de bladen
Let op: De bladen kunnen niet geslepen worden
NL
Bediening
17
07/07/2014 10:25