PROBLEEMOPLOSSEN
Als deze oplossingen het probleem niet verhelpen, neemt u contact op met uw geautoriseerde onderhoudsverdeler.
PROBLEEM
Mogelijke oorzaak
De accu is bijna leeg.
De oplader is aangesloten op de machine.
De machine start niet.
De startsleutel steekt niet in het contact of
staat in de OFF-stand.
Gebrekkige aansluiting van de accukabel
De startsleutel steekt niet in het contact of
staat in de OFF-stand.
De joystick is niet omhoog getrokken.
De joystick staat in de neutrale stand.
De machine komt niet
in beweging.
De rem is ingetrapt en/of de parkeerrem is
ingeschakeld.
De oplader is aangesloten op de machine.
De bestuurder bevindt zich niet in de juiste
zithouding.
De bandenspanning is ongelijk.
Het maaimechanisme is niet op niveau.
De machine maait het
Het snijblad is versleten, gebogen, zit los of
gras ongelijk.
is lam.
Er zit opgehoopt vuil onder de machine.
De maaisnelheid is te hoog.
Nat grasafval blijft aan de onderkant van het
dek kleven.
Het gras staat te hoog.
De machine mulcht
niet goed.
Het snijblad is versleten, gebogen, zit los of
is lam.
De maaisnelheid is te hoog.
Het snijblad is in onbalans, zit los, of is
overmatig dan wel ongelijkmatig versleten.
De machine trilt met
Motoras is gebogen.
een hogere frequentie.
78
Vertaling van de originele instructies
OPLOSSING
Laad de accu op.
Koppel de oplader los van de machine.
Steek de startsleutel in het contact en draai deze in de stand ON.
Controleer en reinig alle accuaansluitingen.
Steek de startsleutel in het contact en draai deze in de stand ON.
Trek de joystick omhoog.
Beweeg de joystick in de gewenste richting (voorwaarts of
achterwaarts).
Laat het rempedaal en de parkeerrem los en zet vervolgens de
joystick in de neutrale stand om de maaier te resetten.
Koppel de oplader los van de machine.
Ga goed op de zitting zitten, zet de joystick weer in de neutrale
stand en probeer het nogmaals.
Controleer de bandendruk van alle vier de banden.
Stel het niveau van het maaimechanisme in.
Vervang het maaiblad.
Reinig de onderkant van het maaidek.
Maai op een lagere snelheid.
Wacht tot het gras droog is voor het maaien.
Maai eenmaal op hoge maaihoogte, daarna weer op de gewenste
hoogte.
Vervang het maaiblad.
Maai op een lagere snelheid.
Vervang het maaiblad.
Stop de motor en verwijder de startsleutel. Inspecteer het
product grondig op schade. Laat de machine door een erkend
servicecentrum onderhouden voordat u deze opnieuw opstart.