Een perfect niveau om de conditie te verbeteren
en op peil te houden. Zelfs een redelijk normale
inspanning - minimaal 3 trainingen van 30
minuten per week – heeft een positief effect
op hart en longen. Om uw conditie verder te
verbeteren kunt u het aantal keren trainen per week
verhogen of de duur van uw training verlengen.
Verhoog echter nooit beide tegelijkertijd!
GETRAINDE SPORTER • 70 tot 80 % van de
maximale hartslag
Trainen op dit niveau is alleen weggelegd voor wie
écht fit is en wie gewend is aan langdurige conditie
trainingen.
MONITOR
De monitor gaat vanzelf aan zodra de stekker in
het stopcontact wordt gestoken. Als er 4 minuten
geen activiteit is (bewegen, of het indrukken van
een toets), schakelt de monitor vanzelf uit. Haal na
het trainen altijd de stekker van de transformator
uit het stopcontact.
U kunt programma's keuzen enkel in de modus
Stop (geen training, het symbool P verschijnt op
het beeldscherm). Druk dan op de RESET en keuz
programma met de + / - toetsen.
De displays worden automatisch geactiveerd
wanneer u met uw trainingssessie begint. Gebruik
de MODE-knop om van het ene naar het andere
display te bewegen. De meter reageert na enkele
seconden op alle impulsen (de hartslagmetingen
starten ongeveer na een vertraging van ongeveer 10
seconden).
BELANGRIJK! Wanneer hartslagcontrole wordt
gebruikt, wordt de weerstand omhoog aangepast
in intervallen van 30 seconden en omlaag in
intervallen van 15 seconden.
BELANGRIJK! De meter vraagt alleen naar uw
leeftijd nadat de stroom wordt uitgeschakeld.
Anders blijft de opgegeven leeftijd bewaard in het
geheugen van de meter.
DRUKKNOPPEN
START / STOP
Start, onderbreek en stop de trainingssessie. Als
u tijdens uw trainingssessie op deze knop drukt,
wordt de trainingsessie onderbroken. Druk weer op
deze knop om verder te gaan met de trainingssessie.
MODE
Beweeg van de ene streefwaarde naar de volgende.
RESET
Om het gekozen display te resetten, moet de knop
kort ingedrukt worden. Om alle displays van de
meter te resetten, moet de knop worden ingedrukt
en ingedrukt gehouden worden.
+ / -
Kies programma's. Stel streefwaarden in. Druk de
knop in en houd deze ingedrukt om de waarden
versneld te laten veranderen.
DISPLAYS
1. RPM / SPEED (Snelheid)
Tijdens de training wordt afwisselend het aantal
toeren per minuut of de snelheid in km/h getoond.
2. TIME (Tijdmeting)
De tijd die vanaf het begin van de training
verlopen is of de nog resterende trainingstijd wordt
getoond. Het dubbelpunt (:) knippert eenmaal
per seconde, wanneer de tijd tijdens de training
gemeten wordt. Bij "00:00" weerklinkt een
geluidssignaal.
3. DISTANCE (Afstand)
De afstand die tijdens de training afgelegd wordt
of de nog af te leggen afstand wordt getoond.
Waarden worden gemeten per 10 meter.
4. WATTS / CALORIES (Inspanning / Calorieën)
Het display wisselt tussen de waarden. Inspanning
in watts. Het energieverbruik tijdens de training
wordt in kcal getoond. Voor de omrekening in
Joule gebruikt u best de formule: 1 Kcal = 4,187
kJ. Bij dit toestel wordt het energieverbruik op
basis van gemiddelde waarden berekend. Aangezien
het vermogen om energie te produceren (het
zogenaamde rendement), bij iedereen echter
verschillend is, kan het aangegeven energieverbruik
N L
H A N D L E I D I N G
2 7