[NL] INSTRUCTIEHANDLEIDING
Lees dit aandachtig door en bewaar deze instructies voor veilig gebruik van het apparaat.
ALGEMENE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
•
Sluit de ventilator pas aan op de voeding als de ventilator VOLLEDIG is gemonteerd.
•
Sluit de ventilator niet aan op een andere voeding dan 230 V / 50 Hz.
•
Haal de stekker van de ventilator uit het stopcontact als u deze verstelt.
•
Bedien de ventilator niet als deze beschadigd is of versleten onderdelen heeft. In een
dergelijk geval moet deze ter reparatie worden geretourneerd naar de fabrikant, de service
agent of een soortgelijke gekwalificeerde persoon.
•
Positioneer de ventilator altijd op een stabiele, vlakke ondergrond.
•
Spuit niets in de ventilator.
•
Gebruik de ventilator niet in de buurt van ontvlambare stoffen of in gebieden met
brandgevaar.
•
Om het risico op elektrische schokken te voorkomen, verwijdert u geen schroeven.
•
Steek geen vingers of andere voorwerpen door de ventilatorkap.
•
Blijf niet gedurende langere tijd in de wind die de ventilator creëert.
•
Als het netsnoer beschadigd is, moet het worden vervangen door de fabrikant, de
onderhoudsmonteur van de fabrikant of door personen met een soortgelijke kwalificatie om
gevaar te voorkomen.
•
Dit apparaat kan gebruikt worden door kinderen van 8 jaar en ouder en door personen met
verminderde lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en
kennis wanneer ze toezicht of instructies hebben gekregen over het veilige gebruik van het
apparaat en weten wat de gevaren zijn.
•
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
•
Kinderen mogen er geen schoonmaakwerkzaamheden en gebruikersonderhoud aan
verrichten tenzij ze toezicht krijgen.
•
Zorg dat de ventilator is losgekoppeld van de netvoeding voordat u de kap verwijdert.
INSTRUCTIES VOOR VEILIG GEBRUIK
1.
De ventilator mag alleen worden gebruikt met de aangegeven spanning. De ventilator is
ontworpen voor een spanning van 220-240 V en 50 Hz.
2.
Steek nooit uw vingers of andere objecten door de beschermkap van de ventilator wanneer
deze draait.
3.
Trek de stekker uit het stopcontact wanneer hij niet in gebruik is, of wanneer u hem
verplaatst, voordat u onderdelen monteert of verwijdert en voordat u hem gaat
schoonmaken.
4.
Controleer de stroomkabel regelmatig op beschadigingen. Als de stroomkabel of stekker is
beschadigd, moet u deze door een gekwalificeerde expert of centrum laten repareren of
vervangen om risico's te voorkomen.
5.
Steek uw vingers niet in de openingen. Laat kinderen geen voorwerpen voor de voorzetkap
plaatsen.
6.
Gebruik deze ventilator niet buiten of in een vochtige omgeving zoals een badkamer.