N Gebruiksaanwijzing
Hartel k dank dat u voor een product van Hama heeft
gekozen.
Neem de t d om de volgende aanw zingen en instructies
volledig door te lezen. Berg deze gebruiksaanw zing ver-
volgens op een goede plek op zodat u hem als naslagwerk
kunt gebruiken. Op zodat u hem als naslagwerk kunt
gebruiken. Mocht u het toestel verkopen, geeft u dan ook
deze gebruiksaanw zing aan de nieuwe eigenaar.
Bedieningselementen en weergaven/indicatoren
1. Uitgang
2. Ingang
3. Schakelaar In/Uit
4. LED-indicator (versterking)
5. Dempingsregelaar G.C.
6. Vereffeningsregelaar S.C.
1. Verklaring van waarschuwingssymbolen en
instructies
Aanwijzing
Wordt gebruikt voor extra informatie of belangrijke
informatie.
2. Inhoud van de verpakking
• Breedband-antenneversterker
• These operating instructions
3. Veiligheidsinstructies
• Voor het openen van het toestel de netstekker loskop-
pelen of de stroomtoevoer verw deren,
anders ontstaat er levensgevaar. Dit geldt ook als
u het toestel reinigt of in combinatie met andere
aansluitingen gebruikt.
• Het apparaat is niet bestand tegen druppel- of spatwa-
ter. Laat het product niet in contact komen met regen,
vochtigheid of andere vloeistoffen om te voorkomen
dat het beschadigd raakt en om persoonl k letsel door
kortsluiting te verm den.
• Sluit het toestel alleen aan op een erkend stopcontact.
Het stopcontact moet alt d vr toegankel k z n
• Gebruik en open het apparaat niet als het defect is.
• Reparatie mag alleen uitgevoerd worden door een
geautoriseerde vakspecialist.
• Dit apparaat dient, net als alle elektrische apparaten,
buiten het bereik van kinderen gehouden te worden!
14
4. Klimatische gebruiksomgeving
4.1 Vocht
Kies een montage-/opstelplaats waar nooit vloeistof of
voorwerpen in het toestel terecht kunnen komen (b v.
condenswater, lekkagewater, water uit een gieter etc.).
4.2 Warmte
• Stel het toestel nooit bloot aan direct zonnelicht en
zet het niet in de directe nab heid van warmtebron-
nen (b v. radiatoren, andere elektrische apparaten,
haard etc.)
• Zet niets met open vlammen (b v. kaarsen) op het
toestel.
• Apparaten met koellichamen of ventilatiesleuven, mo-
gen daarom nooit afgedekt of dichtgebouwd worden.
• Zorg verder voor voldoende luchtcirculatie om het
toestel. Daarmee voorkomt u mogel ke schade aan het
toestel zoals brandschade door oververhitting.
• Let er goed op dat kabels niet in de directe nab heid
van warmtebronnen (b v. radiatoren, andere elektri-
sche apparaten, haard etc.) liggen.
5. Algemene montage
• Sluit het toestel alleen aan op een erkend stopcontact.
• Kies de montage-/opstelplaats zo dat u in gevaarl ke
situaties makkel k b de netstekker kunt en hem uit
het stopcontact kunt trekken.
• Kies de montage-/opstelplaats zo dat kinderen niet
zonder toezicht met het toestel en de aansluitingen
kunnen spelen.
• Kies de montage-/opstelplaats zo dat veilig aanleggen
van alle aangesloten kabels mogel k is.
• Stroomkabels zoals toevoerkabels mogen niet door
voorwerpen beschadigd of ingeklemd worden.
• Om zowel beschadiging aan het toestel als mogel ke
gevolgschade te verm den, mogen toestellen die
bestemd z n voor montage aan de wand alleen op een
effen oppervlak gemonteerd worden.
6. Gebruik en werking
6.1 HF-aansluiting
• Sluit de ingang van de versterker op het huisover-
drachtspunt aan. Verbind de uitgang van de versterker
met de gebruikte antennecontactdozen of aftakkingen.