7.2
Alarmweergave
De alarmen worden door het instrument verschillend weergegeven
(zie tabel).
Alarm
optisch LCD
150 bar
verlicht 150 bar
100 bar
verlicht 100 bar
60 bar resp.
verlichte drukweergave
terug naar
gedurende 15 seconden,
veilige locatie
daarna onverlicht
Batterij-alarm
weergave
batterijcapaciteit 50%
Bewegings-
weergave resterende
vooralarm
gebruikstijd [na de
eerste 3 inzetminuten en
verademing, anders
drukweergave
Bewegings-
drukweergave
hoofdalarm
Temperatuur
verlichte temperatuur-
(> 65 °C)
weergave
7.3
Alarmbevestiging
Na het optreden van een alarm kunnen deze door de instrumentdrager
worden bevestigd. In de volgende tabel worden de mogelijkheden
getoond.
Alarm
150 bar
100 bar
60 bar
Terugkeeralarm
Batterij-alarm
Bewegings vooral.
Bewegings hoofdal. druk tweemaal op de gele knop
Temperatuur
Bevestiging
niet nodig, vanwege kort akoestisch signaal
niet nodig, vanwege kort akoestisch signaal
niet bevestigbaar
te bevestigen door tweemaal op de gele knop te drukken, andere
drukalarmen (60 bar en eventueel 100 bar ) klinken na
bevestiging opnieuw.
vervangen van de batterij
bewegen van de ICU
alleen door dalen van de temperatuur, d.w.z. verwijderen van de
hittebron.
optisch LED
knippert groen
knippert groen
afwisselend
knipperen rood-
rood, pause, rood-
rood
knippert groen
langzaam rood
knipperen
snel rood knipperen
knippert groen
akoestisch
beep-beep
beep-beep, pause,
beep-beep
continu beep-beep,
tot dat de druk onder
10 bar daalt
elke 8 seconden een
beep-toon
luider wordende en
verschillende
toonsequentie
continu beep,
beep,beep
continue beep-bop,
3 seconden pause
59