De trekkerschakelaar gebruiken
WAARSCHUWING:
gereedschap te plaatsen, moet u altijd controle-
ren of de trekkerschakelaar goed werkt en bij het
loslaten terugkeert naar de stand "OFF".
► Fig.6: 1. Uit-vergrendelknop 2. Trekkerschakelaar
Om te voorkomen dat de trekkerschakelaar per ongeluk
wordt ingeknepen, is een uit-vergrendelknop aange-
bracht. Om het gereedschap te starten, drukt u de
uit-vergrendelknop in en knijpt u de trekkerschakelaar
in. Laat de trekkerschakelaar los om het gereedschap
te stoppen.
WAARSCHUWING:
grendelknop buiten werking stellen door hem met
tape vast te zetten of iets dergelijks. Een schake-
laar met een buiten werking gestelde uit-vergrendel-
knop, kan leiden tot onbedoeld inschakelen en ernstig
persoonlijk letsel.
WAARSCHUWING:
schap NOOIT als het start door alleen maar de
trekkerschakelaar in te knijpen zonder de uit-ver-
grendelknop in te drukken. Een schakelaar die
moet worden gerepareerd, kan leiden tot onbedoeld
inschakelen en ernstig persoonlijk letsel. Stuur het
gereedschap op naar een Makita-servicecentrum
voor reparatie ZONDER het verder te gebruiken.
KENNISGEVING:
Druk de trekschakelaar niet
hard in zonder dat de uit-vergrendelknop is inge-
drukt. Hierdoor kan de schakelaar kapot gaan.
Belastingstatusindicator
De belastingstatusindicator geeft het niveau aan van
de belasting van de motor tijdens het doorslijpen.
Naarmate de belasting op de motor toeneemt, gaan
meer segmenten van de indicator branden.
► Fig.7: 1. Belastingstatusindicator
Overbelastingswaarschuwing
Als de motor wordt bediend onder buitensporige belas-
ting, gaan alle segmenten van de belastingstatusindi-
cator knipperen. Verlaag in dat geval de belasting op
de motor. Als u de motor blijft belasten terwijl de belas-
tingstatusindicator knippert, zal na enkele seconden
het gereedschap automatisch worden gestopt door de
overbelastingsbeveiliging.
OPMERKING: Als een buitensporige belasting
plotseling wordt uitgeoefend, stopt het gereedschap
automatisch zonder dat de belastingstatusindicator
knippert.
Alvorens de accu in het
U mag NOOIT de uit-ver-
Gebruik het gereed-
Ruimte tussen de bankschroef en
de geleideplaat
LET OP:
Na het afstellen van de ruimte tus-
sen de bankschroef en de geleideplaat, zorgt u
ervoor dat de geleideplaat goed wordt vastgezet.
Door onvoldoende vastzetten kan persoonlijk letsel
ontstaan.
De volgende tussenruimte-instellingen van de bank-
schroef zijn mogelijk:
•
0 - 170 mm (originele instelling)
•
35 - 205 mm
•
70 - 240 mm
Als voor uw werk verschillende instellingen nodig zijn,
gaat u als volgt te werk om de afstand of tussenruimte
in te stellen.
Draai de schroef op de geleideplaat los. Stel de gelei-
deplaat in op de gewenste stand en draai daarna de
schroef vast.
► Fig.8: 1. Schroef 2. Geleideplaat
De doorslijphoek instellen
LET OP:
Na het afstellen van de hoek van de
geleideplaat, zorgt u ervoor dat de geleideplaat
goed wordt vastgezet. Door onvoldoende vastzetten
kan persoonlijk letsel ontstaan.
LET OP:
Bedien het gereedschap niet wan-
neer het werkstuk niet stevig in de bankschroef is
vastgezet vanwege de doorslijphoek.
Draai de hendel linksom. Stel de geleideplaat in onder
de gewenste hoek en draai de hendel helemaal vast.
► Fig.9: 1. Geleideplaat 2. Hendel
OPMERKING: De schaalverdeling op de geleideplaat
biedt slechts een grove richtlijn. Voor een nauwkeuri-
ger hoekinstelling gebruikt u een gradenboog of een
geodriehoek. Zorg dat de handgreep omlaag staat,
zodat de doorslijpschijf tot in het voetstuk steekt.
Verstel tegelijkertijd de hoek tussen de geleideplaat
en de doorslijpschijf met een gradenboog of een
geodriehoek.
Het vonkscherm afstellen
Afhankelijk van het land
Het vonkscherm is in de fabriek gemonteerd met de
onderste rand tegen het voetstuk aan. Als u het gereed-
schap in die stand gebruikt, zullen er veel vonken in
het rond vliegen. Draai de schroef los en verstel het
vonkscherm zodanig dat er zo min mogelijk vonken in
het rond vliegen.
► Fig.10: 1. Schroef 2. Vonkscherm
Elektronische functie
Gereedschappen met elektronische functie zijn dankzij
de volgende eigenschap(pen) gemakkelijk te bedienen.
Zachte-startfunctie
Maakt een zachte start mogelijk door onderdrukking
van de startschok.
42 NEDERLANDS