Het voor lter
schoonmaken
Maak het voorfilter schoon als F0 wordt
weergegeven op het scherm (afb. y).
1
Schakel de luchtzuiveraar uit en
haal de stekker uit het stopcontact.
2
Trek aan het onderste deel van het
voorpaneel om dit los te maken van
de luchtzuiveraar (afb. c).
3
Druk de twee uitsteeksels omlaag
(1) en trek het voorfilter naar u toe
(2) (afb. d).
4
Als het voorfilter heel vuil is, kunt u
een zachte borstel gebruiken om
het stof weg te borstelen (afb. z).
Spoel het voorfilter daarna af onder
de kraan.
5
Laat het voorfilter goed drogen
voordat u het weer in de
luchtzuiveraar plaatst.
Opmerking
• Zorg ervoor dat het voorfilter volledig
opdroogt na het schoonmaken om
te zorgen dat het zo lang mogelijk
meegaat.
• Was uw handen na het aanraken van
het filter.
6
Plaats het voorfilter terug in de
luchtzuiveraar (afb. h).
Opmerking
• Zorg dat de kant met de twee
uitsteeksels in uw richting wijst, en
dat alle haakjes van het voorfilter op
de juiste manier op de luchtzuiveraar
zijn bevestigd.
7
Druk de bovenkant van het
paneel op de bovenkant van
de luchtzuiveraar (1) om het
voorpaneel terug te plaatsen. Druk
vervolgens zachtjes het paneel
tegen de luchtzuiveraar (2) aan
(afb. i).
8
Steek de stekker van de
luchtzuiveraar in het stopcontact.
9
Houd de resetknop
ingedrukt om de schoonmaaktijd
van het voorfilter te resetten
(afb. {).
10
Was uw handen grondig nadat u de
filters hebt geplaatst.
3 seconden
NL
147