TECHNISCHE GEGEVENS
Machine
Model
Aantal slagen onbelast
Slaglengte
Capaciteit
Oplaadbare batterij
Gewicht
Oplader
Model
Oplaadspanning
Gewicht
STANDAARD TOEBEHOREN
1 Zaagblad (nr. 41) ................................... 1
CJ10DL
2 Zaagblad (nr. 123X) .............................. 1
(NN)
3 Inbussleutel ............................................. 1
1 Zaagblad (nr. 41) ................................... 1
2 Zaagblad (nr. 123X) .............................. 1
CJ10DL 3 Inbussleutel ............................................. 1
(LCSK)
4 Batterij (BCL1015) .................................. 1
5 Acculader (UC10SFL) ............................. 1
6 Plastic doos ............................................ 1
1 Zaagblad (nr. 41) ................................... 1
2 Zaagblad (nr. 123X) .............................. 1
CJ10DL 3 Inbussleutel ............................................. 1
(2LCSK) 4 Batterij (BCL1015) .................................. 2
5 Acculader (UC10SFL) ............................. 1
6 Plastic doos ............................................ 1
7 Batterijdeksel ........................................... 1
De standaard toebehoren kunnen zonder aankondiging
op ieder moment worden veranderd.
EXTRA TOEBEHOREN (los te verkrijgen)
1. Batterij
(BCL1015)
2. Zaagblad
Diverse typen bladen.
Zie de Tabel 2 voor het gebruik van de bladen.
De extra toebehoren kunnen zonder aankondiging op
ieder moment worden veranderd.
BCL1015: Li-ion 10,8 V / 12 V gelijkstroom piek (1,5 Ah 3 cellen)
UC10SFL
10,8 V
0,35 kg
CJ10DL
0 – 2700 min -
13 mm
Hout: Diepte 50 mm
Gemiddelde Staalplaat: Dikte 4 mm
1,2 kg
TOEPASSINGSGEBIEDEN
Het zagen van verschillende timmerhoutsoorten.
Het zagen van vloeistalen platen en aluminium
platen.
Het zagen van kunsthars, phenolhars en vinylchloride.
Zie voor verdere details de paragraab "KEUZE VAN DE
ZAAGBLADEN".
INLEGGEN EN UITNEMEN VAN DE BATTERIJ
LET OP
U moet de schakelaar uitgeschakeld en de
vergrendeling in de rechter stand (vergrendeld)
houden (Zie Afb. 17).
1. Verwijderen van de batterij
Houd het omhulsel goed vast en druk tegen de
accuvergrendelingen om de batterij te verwijderen
(Zie Afb. 1 en 2).
VOORZICHTIG
Sluit de batterij nooit kort.
2. Aanbrengen van de batterij
Plaats de batterij met de polen juist aangebracht
(Zie Afb. 2).
OPLADEN
Voor het gebruik van de boor-schroefamachine e.d.
dient de batterij als volgt opgeladen te worden.
1. Sluit het snoer van de oplader aan op een stopkontakt
2. Steek de accu in de oplader
Plaats de accu zo dat het naamplaatje tegenover
het naamplaatje van de oplader komt te liggen.
Druk de batterij in tot u voelt dat deze kontakt maakt
met de bodemplaat (Zie Afb. 3).
Door een batterij te plaatsen zet u de oplader aan
(het controlelampje gaat branden).
VOORZICHTIG
Als het kontrolelampje niet oplicht, trek dan het
netsnoer uit het stopkontakt en kontroleer de
montagerichting van de accu.
Wanneer de accu volledig opgeladen is, gaat het
kontrolelampje uit.
VOORZICHTIG
Indien de batterij door bijvoorbeeld direct zonlicht
warm is geworden, gaat het controlelampje bij
het opladen mogelijk niet branden. Laat de
batterij in dit geval eerst afkoelen, voordat u op
gaat laden.
Tijd die benodigd is voor het opladen
Tabel 1 geeft de oplaadtijd voor de verschillende
typen batterijen.
Nederlands
1
42