en houdt hem niet onder de
kraan.
Droog het product onmiddellijk
•
na elke schoonmaakbeurt en
zorg ervoor dat de basis van
het koppelstuk van het product
volledig droog is.
Dompel het apparaat niet on-
•
der in water of een andere
vloeistof en houd het niet on-
der de kraan.
Als de kan te vol zit kan het wa-
•
ter overkoken.
Gebruik het apparaat uitslui-
•
tend met het bijgeleverde on-
derstel
Als het netsnoer beschadigd is,
•
moet het worden vervangen.
Breng het apparaat naar een
erkende Technische bijstands-
dienst. Probeer het apparaat
niet zelf te repareren om mo-
gelijke brand of kortsluiting te
voorkomen.
Voordat u het apparaat op het stroomnet aan-
•
sluit, dient u de spanningsgegevens op het ty-
peplaatje te vergelijken met de waarden van
het stroomnet.
Sluit het toestel aan op een aardingssysteem
•
dat minimum 10 ampère aankan.
De stekker van het apparaat moet passen op
•
het stopcontact. Wijzig de stekker niet. Gebruik
geen adapters.
Het stroomsnoer niet forceren. Het snoer nooit
•
gebruiken om het apparaat op te tillen, te
transporteren of om de stekker uit het stopcon-
tact te trekken.
Het snoer niet oprollen rond het apparaat.
•
Zorg ervoor dat het stroomsnoer niet gekneld
•
of geknikt geraakt.
Zorg ervoor dat het stroomsnoer niet in con-
•
tact komt met de hete oppervlakken van het
apparaat.
Check de staat van de elektriciteitskabel. Ka-
•
potte kabels of kabels die in de war zijn vergro-
ten het risico op elektrische schokken.
De stekker niet met natte handen aanraken.
•
Het apparaat niet gebruiken wanneer het
•
snoer of de stekker beschadigd is.
Als één van de omhulsels van het apparaat
•
kapot gaat, het apparaat onmiddellijk uitscha-
kelen om elektrische schokken te vermijden.
Gebruik het apparaat niet als het is gevallen,
•
wanneer er zichtbare tekenen van schade zijn
of wanneer het lekt.
Het apparaat moet voor gebruik op een vlakke
•
en stabiele ondergrond geplaatst worden.
Controleer regelmatig of het snoer niet is be-
•
schadigd. Het apparaat niet meer gebruiken
als het snoer is beschadigd.
GEBRUIK EN ONDERHOUD:
Het apparaat niet aanzetten zonder water.
•
Het apparaat niet gebruiken als de aan/uit-
•
knop niet werkt.
Het apparaat niet bewegen terwijl het werkt.
•
Gebruik de hangreep/handgrepen om het ap-
•
paraat op te tillen of te verplaatsen.
Gebruik het apparaat niet scheef en houdt het
•
niet ondersteboven.
Het apparaat niet omdraaien terwijl het in ge-
•
bruik is of aangesloten is op het stroomnet.
Respecteer het MAXIMUMen MINIMUM-ni-
•
veau.
De stekker van het apparaat uittrekken als het
•
niet gebruikt wordt en alvorens over te gaan tot
het reinigen, tot enige regelingen.
Houd dit apparaat buiten bereik van kinderen
•
en/of personen met lichamelijke, zintuiglijke
of geestelijke beperkingen, of met een gebrek
aan ervaring en kennis
Het apparaat niet opbergen als het nog warm
•
is.
Het apparaat is alleen ontworpen voor het ko-
•
ken van water, het apparaat dient dus niet te
worden gebruikt voor het koken van eten, op-
warmen van melk.
Het is raadzaam om mineraalwater uit flessen
•
te gebruiken dat geschikt is voor menselijk ge-
bruik.
Laat het apparaat nooit zonder toezicht aan
•
staan. U bespaart hierdoor energie en verlengt
NL