Statische IP
Als u voor de verbindingsmodus de statische IP selecteert, dan kunt u de volgende adresinformatie aanpassen.
•
IP Adres: Voer hier het WAN IP adres in, verstrekt door uw ISP.
•
Subnet Mask: Voer hier het WAN subnet mask in.
•
Gateway: Open hier de WAN gateway.
•
Primaire DNS Server: Voer hier de primaire DNS server in, verstrekt door uw ISP.
•
Secundaire DNS Server: Voer hier de secundaire DNS in.
Hoofdstuk 6: Draadloze Instellingen
6.1 Algemene Instellingen
•
Draadloos activeren: Vink "draadloze routerfunctie activeren" af; vice versa om te deactiveren.
•
Netwerkmodus: Selecteer één van de volgende modi. Standaard us 11b/g/n modus.
•
Primaire SSID: SSID (Service Set Identificatie) is de unieke naam van het draadloze netwerk. Dit apparaat heeft twee
SSID en de primaire SSID is vereist.
•
Secundaire SSID: dit is optioneel.
•
Broadcast (SSID): Selecteer "Activeren" om de SSID van het apparaat te activeren, zodat het zichtbaar is voor
draadloze cliënten. Standaard is de geactiveerde modus.
•
MBSSID AP Isolatie: Een toegangscontrolefunctie gebaseerd op het draadloze MAC adres. Wanneer deze functie
geactiveerd is, kunnen draadloze cliënten met dezelfde SSID niet met elkaar communiceren.
•
AP Isolatie: Een toegangscontrolefunctie gebaseerd SSID. Wanneer deze functie geactiveerd is, zal elk van uw
draadloze cliënten op een individueel virtueel netwerk zitten en kunnen niet met elkaar communiceren. Wanneer deze
functie geactiveerd is, kunnen draadloze cliënten verbonden met de primaire en secundaire SSID niet met elkaar
communiceren, wat het draadloze netwerk dus extra beveiligd.
•
Kanaal: Specificeer het effectieve kanaal (van 1 tot 13\Auto) van het draadloze netwerk.
•
Uitbreidingskanaal: Om de gegevensdoorvoer van het draadloze netwerk te verhogen, kan het bereik van een
uitbreidingskanaal worden gebruik in 11n modus.
•
Kanaal Bandbreedte: Selecteer de bandbreedte van het kanaal om de draadloze prestatie te verbeteren. Wanneer
het netwerk 11b/g en 11n cliënten heeft, kunt u 40M selecteren; wanneer het een 11n netwerk is, dient u 20/40M te
selecteren om de gegevensdoorvoer ervan te verbeteren.
6.2 Draadloos Netwerk Beveiligingsinstellingen
Dit wordt gebruikt om de beveiligingsinstellingen van het AP netwerk te configureren. Het vertegenwoordigt hier de
algemene zes (tien in totaal) encryptiemethoden, waaronder Gemixte WEP, WPA-persoonlijk, WPA-enterprise, WPA2-
persoonlijk, WPA2- enterprise, enz.
6.2.1 Gemixte WEP
WEP (Wired Equivalent Privacy), een algemene encryptiemethode, voorziet gewoonlijk draadloze gegevens van een
encryptie door gebruik van een serie digitale sleutels (64 bits of 128 bits in lengte). Door op elk van uw draadloze
netwerkapparaten dezelfde sleutels te gebruiken, voorkomt u dat ongeautoriseerde draadloze apparatuur uw
gegevensoverdracht kan controleren of uw draadloze voorzieningen kan gebruiken. Selecteer Gemixte WEP om het
volgende venster te openen:
•
Selecteer SSID: Selecteer de SSID (primaire of secundaire SSID) om de beveiligingsinstellingen te configureren in
het submenu.
•
Beveiligingsmodus: Selecteer de corresponderende encryptiemethoden voor de beveiliging in het submenu.
•
WEP Sleutel 1~4: Stel de WEP sleutel in met het formaat ASCII en Hex. U kunt hier de ASCII code invoeren (5 of 13
ASCII karakters. Illegale karakters zoals "/" zijn niet toegestaan.) Of 10/26 hex karakters.
•
Standaard Sleutel: Selecteer één van de vier geconfigureerde sleutels als de huidig beschikbare sleutel.
6.2.2 WPA-Persoonlijk
WPA (Wi-Fi Protected Access), een Wi-Fi standaard, is een meer recent draadloos encryptieschema, ontwikkeld om de
beveiligingsfuncties van WEP te verbeteren. Het past krachtigere encryptietypes toe (zoals TKIP [Temporal Key Integrity
Protocol] of AES [Advanced Encryption Standard]) en kan de sleutels dynamisch veranderen op elk geautoriseerd
draadloos apparaat.
•
Selecteer SSID: Selecteer de SSID (primaire of secundaire SSID) om de beveiligingsinstellingen te configureren in
het submenu.
22