3.
Pak de linker en rechter frames van het HEPA-filter vast door de inkepingen aan de
zijkanten van de filterbehuizing en verwijder het filter.
4.
Plaats een nieuw HEPA-filter in het apparaat. Zorg ervoor dat dit de juiste installatie-
richting is.
5.
Maak de achterklep van het apparaat weer vast en vergrendel deze op zijn plaats.
6.
Houd de HEPA FILTER-knop 3 seconden ingedrukt om de HEPA-filtervervangingsindi-
cator te resetten.
7.
HET VOORFILTER VERVANGEN
1.
Ontgrendel het inlaatrooster door op de vergrendeling te drukken (zie het schema van
de hoofdonderdelen).
2.
Verwijder het inlaatrooster van het apparaat zoals hieronder weergegeven.
3.
Pak het voorfilter aan de achterkant van het inlaatrooster vast en verwijder het voor-
filter.
4.
Plaats een nieuw voorfilter in het inlaatrooster.
5.
Maak de achterklep van het apparaat weer vast en vergrendel deze op zijn plaats.
6.
Druk en houd de PRE-FILTER-bedieningsknop gedurende 3 seconden ingedrukt om de
PRE-filterveranderingsindicator te resetten.
EXTERNE OPPERVLAKKEN REINIGEN
1.
Zet het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact.
2.
Gebruik een licht vochtig doek met een beetje water en afwasmiddel om de opper-
vlakken van de behuizing schoon te vegen.
3.
Laat geen water in de interne delen druppelen. Dit kan uw eenheid beschadigen en
leiden tot een elektrische schok met mogelijk letsel als gevolg.
4.
Laat de eenheid vóór gebruik eerst grondig drogen.
OPSLAG
Wanneer u het apparaat lange tijd niet gebruikt, kunt u het beste als volgt te werk te gaan:
1.
Schakel het apparaat uit.
2.
Haal de stekker uit het stopcontact.
3.
Reinig het apparaat.
4.
Verwijder het filterpakket.
5.
Berg het apparaat op in een stofvrije ruimte, bij voorkeur afgedekt.
1
70
70