NB
Als u gedurende 5 minuten geen toets indrukt,
zal
het
apparaat
de
afsluiten en teruggaan naar de Hoogtemetermodus
(standaardweergave).
KOMPASSENSOR IJKEN
NB
Controleer altijd uw richting in de buitenlucht, niet in
•
gebouwen, tenten, grotten, etc.
Het aflezen van het kompas moet uit de buurt van
•
magnetische materialen gebeuren. Blijf uit de buurt
van magnetische objecten, hoogspanningskabels,
luidsprekers, elektrische motoren, etc.
BELANGRIJK
Het kompas moet op een horizontale
ondergrond geijkt worden. Als u geen platte ondergrond
kompasmodus
automatisch
voorhanden hebt, plaatst u het apparaat op de palm van
de hand, en houdt die haaks op uw lichaam. Met de andere
hand draait u het apparaat om te kalibreren.
De kompassensor ijken:
1. Druk herhaaldelijk op DISP/- om naar de kompasmodus
te gaan.
2. Houd SET ingedrukt. Het schermt toont CALI en het
invoerteken
.
3. Druk op SET om het ijken te beginnen.
4. Draai het apparaat op een constante snelheid met de
klok mee. De bewegende segmenten rond het scherm
dienen als leidraad. De rotatie is afgelopen zodra u 2
draaien heeft gemaakt.
NB
OK geeft aan dat het ijken met succes voltooid
is. Herhaal stappen 2-4 als opnieuw als FAIL wordt
weergegeven.
DECLINATIEHOEK
Declinatie is de hoek tussen waar de kompasnaald heen
wijst (het magnetische noorden) en het ware noorden. De
declinatiehoek kan variëren van 0-30 graden Oost (O) of
West (W) en kan gevonden worden op de meeste kaarten
of op het Internet.
Voor de declinaties in de Verenigde Staten:
http://www.ngdc.noaa.gov/geomagmodels/Declination.jsp
7